Handboek psychologische psychiatrie
Het is niet te hopen dat ik de samenstellers van dit boek voor het hoofd stoot, als ik stel dat ik hen ervan verdenk hun uitermate serieuze boek toch een enigszins provocerende, licht ironische titel te hebben meegegeven. Want hoe vertrouwd we ook mogen zijn met 'biologische' psychiatrie of met 'sociale' psychiatrie, wanneer de term 'psychologische' psychiatrie valt, confronteert het me met het uitermate kunstmatige onderscheid dat we gewend zijn te hanteren en verdwijnt de vanzelfsprekendheid om over een biologische, psychologische en sociale psychiatrie te spreken. Alsof psychiatrie zich in vakjes laat opsplitsen! Dit boek illustreert het tegendeel, precies door ons vakgebied als uitermate complex en rijk neer te zetten. In dit boek worden de psychiatrische stoornissen vanuit hun functionele tekortkomingen benaderd. Deel 1 besteedt aandacht aan de functies van leren, de functies van geheugen en cognitie, en de rol van emoties bij gezondheid en psychische stoornissen. In deel 2 worden de grote psychiatrische ziektebeelden onder de loep genomen aan de hand van de in deel 1 beschreven functiestoornissen. Zoals de samenstellers in hun inleiding schrijven, 'schuurt het dicht tegen de klinische psychologie aan'. Zo wordt in hoofdstuk 1 de historische verhouding tussen psychologie en psychiatrie (in Nederland) op een boeiende manier beschreven en als 'zielsverwantschap' aangeduid (Ruud Abma). Hoofdstuk 2 (Paul Hodiamont) geeft een erudiet overzicht over evolutionaire psychologie. Daarna volgen stuk voor stuk zeer lezenswaardige hoofdstukken, onder meer over leren en cognitie (Kees Korrelboom en Erik ten Broeke) en psychologie van emoties (André Aleman). Deel 2 is klassieker van opzet, de samenstellers hebben de auteurs een eenduidige structuur opgelegd. Bij de grote psychiatrische ziektebeelden die de revue passeren, worden achtereenvolgens behandeld: een kort historisch overzicht, epidemiologie, geheugen, cognitie, emoties, sociale aspecten, culturele aspecten, man-vrouwverschillen, psychologische interventies en toekomstverwachtingen. Elk hoofdstuk biedt wel een verrassend perspectief op psychische stoornissen vanuit de functiestoornis. Zo worden in hoofdstuk 11 - een willekeurig voorbeeld, ik had vele andere kunnen noemen - onder meer cognitieve modellen voor hallucinaties en wanen behandeld. Dit boek is als handboek in de Nederlandse psychiatrische literatuur een aanwinst. Willen we af van kookboekpsychiatrie en willen we de psychiatrie in haar volle complexiteit aan artsen in opleiding tonen, dan kunnen we met dit boek een heel eind komen.
M.G. Nijs