Visions in psychotherapy research and practice: reflections from presidents of the Society for Psychotherapy Research
Het psychotherapieonderzoek ontwikkelde zich aanvankelijk binnen elke psychotherapeutische stroming apart. De Society for Psychotherapy Research (spr) werd in 1969 opgericht. De van oorsprong Noord-Amerikaanse spr heeft zich tot een volwaardige internationale vereniging ontwikkeld, met jaarlijks een internationale conferentie waarin de voorzittersvoordracht telkens één van de hoogtepunten is. Dit boek is een jubileumuitgave bij het 20-jarig bestaan van het eigen tijdschrift Psychotherapy Research. Het bevat voordrachten van 20 voorzitters, gegeven tussen 1991 en 2011, aangevuld met hun terugblikkende recente commentaar.
Maar waarom zou men dit boek lezen als het Handbook of psychotherapy and behavior change (Lambert 2013) al meerdere decennia met zijn zes telkens grondig herziene uitgaves een gezaghebbende status verworven heeft? Het antwoord is ontwapenend eenvoudig. De vaak persoonlijke wijze waarop vele van deze auteurs getuigen, veelal over hun onderzoekswerk, maakt het de lezer gemakkelijker om zich in te leven in telkens andere segmenten van een complex amalgaam. Ik was verrast hoe vlot de meeste van die twintig hoofdstukken mij wisten te boeien.
Volgens Moras heeft het 25 jaar geduurd vooraleer het psychotherapieonderzoek erin geslaagd is Eysencks vernietigende conclusie te ontkrachten. In 1952 luidde deze dat ‘psychoanalytische en eclectische’ psychotherapie geen betere resultaten konden tonen dan spontaan herstel. Goldfried waarschuwt dat deze jonge wetenschap er ook vandaag nog niet uit is hoe een akkoord te bereiken over haar kern: de verzameling van gegevens die brede consensus genieten binnen het betrokken forum. Hij pleit onder meer voor het beschrijven van op evidentie gestoelde veranderingsprincipes, iets wat meerdere auteurs in dit boek op heel verschillende wijzen uitwerken. Dat levert een aantal intellectueel prikkelende hoofdstukken op.
Andere auteurs nemen de bestaande situatie voor wat ze is en gaan ermee puzzelen. Het hoofdstuk van Lambert verrast door de winst aan efficiëntie die nuchtere ingrepen kunnen veroorzaken. Hij en zijn medewerkers hebben in grootschalig onderzoek de gegevens van hun Outcome Questionnaire (door de cliënt na elke sessie ingevuld) bij aanwijzingen van deterioratie teruggekoppeld naar de behandelende therapeut en die daarbij bijkomend ondersteunend materiaal ter beschikking gesteld. Dit leidde tot een verdubbeling van het percentage behandelsuccessen en tot een vermindering met drie kwart van het aantal cliënten die tijdens de behandeling verslechterden.
Psychotherapeuten moeten niet vrezen dat psychotherapieonderzoek ooit tot eenheidsworst zal leiden. Fuster (2013) stelt dat nieuwigheid om het even waar in de waarnemings-actiecyclus kan ontstaan. Dit impliceert dat het vakgebied psychotherapie heel verschillende aanknopingspunten voor psychotherapeutische bewerking zal kunnen blijven uitdiepen of voorstellen.
- Fuster JN. The neuroscience of freedom and creativity. Our predictive brain. New York: Cambridge University Press; 2013.
- Lambert MJ, red. Bergin and Garfield’s Handbook of psychotherapy and behavior change (6de ed). Hoboken: Wiley; 2013.
Routledge,
New York 2015
435 pagina’s,
isbn 978-04-155-0680-9,
£ 73,99
L. Roelens, psychiater-psychotherapeut, Deurle