Het winnaareffect. Wat succes en macht met onze hersenen doen (Vert. Jan Willem Reitsma)
Popularisering van wetenschap is belangrijk en hachelijk tegelijk. Belangrijk omdat kennis verspreid moet worden, zodat het algemene publiek kan profiteren van de wetenschappelijke inzichten en vooruitgang. Hachelijk omdat wetenschap een proces van twijfelend zoeken is. Die nuance en relativering dreigen in de popularisering verloren te gaan. Sir Michael Rutter stelt het altijd zo fraai: ‘ It ain’t ignorance that does the harm, it is knowing things that aren’t true!’ .
Het Winnaareffect is een publicatie van Maven, een jonge uitgeverij die zich juist op het gebied van het populariseren van neurowetenschappen begeeft. De stelling van Robertson is dat succes verslavend werkt. Zij die succesvol blijken, zijn degenen die op een goede manier met spanning, de kick van succes en het beheren daarvan weten om te gaan. Hoe gaat hij te werk? Het boek leest als een spannende roman waar de stelling geïllustreerd wordt aan de hand van lotgevallen. Zowel de mislukkelingen (een zoon van de succesvolle Pablo Picasso) als de geslaagden (Oscarwinnaars en sportieve helden) worden op een pakkende en onderhoudende wijze beschreven. Met grote sprongen wordt de lezer door de geschiedenis genomen van de kruistochten tot de machtswellust van huidige wereldleiders.
De stelling is dat de neurobiologische mechanismen die ten grondslag liggen aan succes opvallende gelijkenissen vertonen met die welke wij van verslaving kennen. Dit wordt terloops onderbouwd met een indrukwekkende reeks onderzoeken, van neurobiologie en neuropsychologie tot sociologie en economie.
De kracht van het boek zit in de overtuigende verhalen die inzichtelijk maken waarom de roes van succes zo perverterend werkt dat velen er uiteindelijk aan onderdoor gaan. De zwakte ervan is dat die roes van het succes ook voor een deel in de verteltrant zit. Daardoor ontbreekt iedere relativering. Alle uitkomsten van wetenschappelijke studies worden als feiten neergezet en dat is jammer. Want de kritische beschouwing die past bij wetenschap komt daardoor helemaal niet aan bod. Zo wordt er ook een aantal onderzoeken van Diederik Stapel aangehaald. Gelukkig behoren deze tot die welke door de commissie-Levelt als ‘valide’ zijn verklaard. Maar die externe toetsing was kritischer dan wat wij bij Robertson proeven.
Toch een boek dat zeer de moeite van het lezen waard is… als de lezer een kritische wetenschappelijke houding aanneemt!
R.J. van der Gaag