Het terugdringen van dwang en drang: eerste stappen op weg naar evidentie
toelichting Vanaf 2006 heeft het ministerie van volksgezondheid, welzijn en sport vijf miljoen euro per jaar beschikbaar gesteld voor reductie van dwang en drang in de psychiatrie. Bij enkele instellingen zijn promovendi aan de slag gegaan in klinische trials en projectevaluaties. Doel: het geven van een overzicht van lopend en afgesloten onderzoek omtrent dwang- en drangreductie of -preventie. De onderzoeksprojecten zijn zowel kwalitatief als kwantitatief van aard en kennen een gemêleerd design. Met interviews onder sleutelfiguren en vragenlijsten zijn kwalitatieve gegevens verzameld. De kwantitatieve data gaan om cijfers van de inspectie, cijfers verzameld met de Argus-registratie vrijheidsbeperkende maatregelen en om cijfers verzameld met verschillende risicotaxatie- en agressieregistratie-instrumenten.
De eerste bevindingen van een onderzoek naar best practices worden gepresenteerd, naast een aantal kwalitatieve en kwantitatieve presentaties over de resultaten van projectevaluaties.
Na vier jaar onderzoek begint er enige evidentie over werkzame interventies te ontstaan.
leerdoel In deze presentaties leert men hoe met verschillende methoden eerste evidentie is verzameld over de uitkomsten van projecten gericht op de reductie van dwang en drang. In de komende jaren zullen de ervaringen opgedaan in deze projecten in andere instellingen worden gerepliceerd.