Resultaten van de 10-jaars-follow-up van de Deltastudie
achtergrond Elke psychiater zal zich wel eens voor de vraag gesteld zien wat te doen om een recidief depressie te voorkómen bij een patiënt die al meerdere depressies doorgemaakt heeft. Onderhoudsmedicatie en een terugvalpreventieplan zijn dan de meest gangbare interventies. In de afgelopen jaren zijn echter tevens verschillende psychotherapeutische interventies ontwikkeld ten behoeve van secundaire preventie van depressie. De Delta-studie is ruim 10 jaar geleden opgezet om de effectiviteit van zo’n interventie, een kortdurende groepsgewijze preventieve cognitieve training, vast te stellen. In de tweede helft van 2010 vond de 10-jaars-follow-up van de Delta-studie plaats.
doel Bij de 10-jaars-follow-up is het langetermijneffect van genoemde preventieve cognitieve training nagegaan. Daarbij zijn verschillende factoren gemeten die van invloed (zouden kunnen) zijn op het beloop van de recidiverende depressieve stoornis.
methoden De Delta-studie is opgezet als een rct. Er werden 172 patiënten met een recidiverende depressieve stoornis geïncludeerd. Zij werden gerandomiseerd over treatment as usual versus deze zorg en een preventieve cognitieve training. Bij de 10-jaars-follow-up werd dit cohort opnieuw benaderd. Er werden telefonische interviews en schriftelijke vragenlijsten afgenomen. De primaire uitkomstmaat in de studie is de tijd tot aan het eerste recidief, waarbij aantal, duur en ernst van de recidieven aanvullende maten zijn.
resultaten De resultaten van de 10-jaars-follow-up zullen worden gepresenteerd, met als belangrijkste vraag: is er na 10 jaar nog steeds een effect van de preventieve cognitieve training meetbaar? Bij de meting na vijfenhalf jaar bleek er wèl een significant effect te zijn, met name bij de patiënten die bij aanvang van de studie al vier of meer depressieve episoden hadden doorgemaakt.
conclusie In de bespreking wordt ingegaan op de uitvoerbaarheid van een dergelijke follow-upstudie, op de interpretatie van de resultaten en op de mogelijke klinische consequenties binnen een disease managementbenadering.