Behandeleffecten van traumagerichte cognitieve gedragstherapie en eye movement desensitisation and reprocessing (EMDR)
achtergrond Dagelijks raken veel kinderen betrokken bij ongelukken, brand, (seksueel) geweld, pesten, of andere ingrijpende gebeurtenissen. Het meemaken van dergelijke gebeurtenissen kan leiden tot een posttraumatische stressstoornis (ptss). ptss gaat gepaard met hoge comorbiditeit, slechtere schoolprestaties en heeft een negatieve invloed op het lichamelijk herstel van kinderen (Winston 2003).
In internationale richtlijnen wordt traumagerichte cognitieve gedragstherapie (tg-cgt) voor de behandeling bij kinderen aanbevolen en eye movement desensitisation and reprocessing (emdr) is beoordeeld als veelbelovend (nice 2005). Onderzoeksresultaten naar de effecten van deze behandelingen bij kinderen zijn nog steeds schaars (Stallard 2006).
doel Binnen een pilotonderzoek worden de behandeleffecten van tg-cgt en emdr bij kinderen vastgesteld.
methoden Op een poliklinische afdeling zijn gegevens verzameld van 20 kinderen tussen de 8 en 18 jaar met posttraumatische stressklachten en van hun ouders. Van deze kinderen hebben 10 een behandeling met tg-cgt ondergaan en 10 een behandeling met emdr. Bij kinderen en ouders zijn zowel voor als na de behandeling de klachten in kaart gebracht met behulp van een diagnostisch interview en verschillende vragenlijsten. Voor het stellen van de diagnose ptss en comorbide diagnosen is het Anxiety Disorders Interview Schedule for dsm-iv-Child Version (adis-c) afgenomen. Tevens werden de Children’s Revised Impact of Event Scale (cries-13), de Revised Child Anxiety and Depression Scale-Child Version (rcads) en de Strengths and Difficulties Questionnaire (sdq) afgenomen om angstklachten en gedragsproblemen te meten.
resultaten Traumaklachten zijn zowel in de emdr-groep alsook in de tf-cbtgroep afgenomen. Gedetailleerdere resultaten worden tijdens het congres besproken.
conclusie Zowel tg-cgt als emdr blijkt effectief te zijn bij het verhelpen van ptssklachten bij kinderen.