Religieuze tradities, volksgeloof en religieuze geneeswijzen in multicultureel Nederland
achtergrond Naast de ggz consulteren diverse patiënten ook religieuze genezers. Hulpverleners zijn daarvan niet altijd op de hoogte. Het gevolg is miscommunicatie, een moeizame behandelrelatie en daarmee een problematische diagnostiek en behandeling. Op basis van antropologisch onderzoek wordt in deze bijdrage informatie gegeven over religieuze geneeswijzen onder allochtone en autochtone Nederlandse patiënten. Daarnaast wordt ingegaan op de vraag op welke wijze religieuze geneeswijzen in de communicatie tussen hulpverlener en patiënt aan de orde kunnen komen.
doel Hulpverleners krijgen inzicht in de manier waarop religieuze (islamitische, hindoeïstische, winti- en christelijke) geneeswijzen van invloed zijn op de belevingswereld van patiënten. Voorts krijgen zij suggesties aangereikt hoe zij daar in de behandelpraktijk mee om kunnen gaan.
methoden Kwalitatief (fenomenologisch georiënteerd) sociaalwetenschappelijk onderzoek, waarin het systematisch achterhalen van de belevingswereld van respondenten centraal staat.
resultaten In het denken en handelen van patiënten zien we dikwijls een vermenging van twee verklaringsmodellen, die van de biomedische geneeskunde en die van religieuze geneeswijzen.
conclusie Omdat patiënten vanuit diverse perspectieven naar ziekte en gezondheid kijken en ook hulp zoeken, is het voor ggz-hulpverleners van belang dat zij in staat zijn daarover met hun patiënten te communiceren. De basis voor adequate communicatie hierbij is niet alleen kennis, maar vooral inzicht in de manier waarop religieuze geneeswijzen in de belevingswereld van patiënten een rol spelen.