Suïcidepogingen bij immigranten in Den Haag; een update
achtergrond Een meer dan gemiddeld vóórkomen van verschijningsvormen van suïcidaal gedrag onder (allochtone) bevolkingsgroepen kan een graadmeter zijn voor (collectief) onwelbevinden en/of psychische ongezondheid binnen deze groepen. De ggd Den Haag volgt trends in suïcidaal gedrag. Onderzoek over 1987-1993 toonde aan dat 15-24-jarige Surinaamse vrouwen en in iets mindere mate 15-24-jarige Turkse vrouwen en 15-19-jarige Marokkaanse meisjes vaker dan hun van oorsprong Nederlandse leeftijdsgenoten suïcidepogingen deden. Onderzoek over 2002-2004 liet een verschuiving zien naar Turkse meisjes en jonge vrouwen die in vergelijking tot hun autochtone leeftijdsgenoten in die periode ruim twee keer zo vaak (545 per 100.000 per jaar versus 246 per 100.000 per jaar) een suïcidepoging deden (Burger e.a. 2009). De Surinaamse meisjes en jonge vrouwen van 15-24 jaar deden iets minder dan tweemaal zo vaak suïcidepogingen (421 per 100.000 per jaar).
doel Het monitoren van trends in suïcidaal gedrag onder Hagenaars, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd, land van herkomst en woonwijk.
methoden Register van suïcidepogingen van Hagenaars, gebaseerd op de medische en/of verpleegkundige verslaglegging van hulpverleners van de afdelingen spoedeisende eerste hulp (seh) in Den Haag, de 24-uursdienst van de Parnassia Bavo Groep en de ambulancediensten.
resultaten Vergeleken met hun Nederlandse leeftijds- en geslachtsgenoten zagen wij in de periode 2008-2009 een significant verhoogde incidentie van suïcidepogingen bij 15-24-jarige Turkse vrouwen (575 per 100.000 per jaar versus 310 per 100.000 per jaar) en bij 35-44-jarige Turkse vrouwen (375 per 100.000 versus 180 per 100.000 per jaar). In tegenstelling tot eerdere onderzoeksperioden zien we geen significant verhoogde incidentie meer bij de Surinaamse 15-24-jarige vrouwen.
conclusie Deze studie over de jaren 2008-2009 toont een verschuiving van suïcidaal gedrag bij immigranten naar jonge en nu ook oudere Turkse Haagse vrouwen. Voor mentoren op scholen, huisartsen en hulpverleners binnen de geestelijke gezondheidszorg is deze ontwikkeling van belang voor het beoordelen van psychosociale en/of psychiatrische problematiek onder deze bevolkingsgroep.