Kopstukken. Gesprekken met bekende wetenschappers over hersenen en bewustzijn
Na Over de kop. Fascinerende vragen over het brein pakt Jeroen Geurts met Kopstukken opnieuw uit voor een breed lezerspubliek. De gesprekken cirkelen rond de thema’s bewustzijn en de houding van een wetenschapper in het maatschappelijke debat. Het boek biedt niet slechts ‘kale’ gespreksverslagen – hoe interessant die al niet kunnen zijn met wetenschappers zoals Rita Levi-Montalcini, Susan Greenfield, Richard Dawkins, Oliver Sacks, Fernando Lopes de Silva of Peter Hagoort. De schrijver, zelf neurobioloog en universitair docent aan een medische faculteit, beschrijft ook zijn voorbereiding en verwerking, en onderbreekt de verslagen met impressies, ingevingen en mijmeringen. Toelichtingen met voetnoten, verklarende woordenlijst, anatomische schetsen en fraaie foto’s van Calidris Poorter maken het boek ook toegankelijk voor lezers die hun hersenen voor het eerst gebruiken om er iets van te willen afweten. Toch gaat het boek niet over hersenen alleen, maar meer nog over neurobiologische aspecten van niet-neurobiologische onderwerpen zoals bewustwording, vrije wil of godsdienst. Geurts verstaat de kunst om deze onderwerpen niet op neurobiologie alleen vast te spijkeren. Hij houdt daarmee enige afstand tot Richard Dawkins, die met rabiate zendingsdrang betoogt dat de mensheid zo snel mogelijk atheïst moet worden. Lijnrecht daartegenover staat Susan Greenfield, die zegt in Dawkins’ geschriften over geloof een dominante emotie van walging te zien, alsof godsdienst viezigheid is die op systematische wijze schoongemaakt moet worden. Overigens zou Dawkins op eigen standpunt goede reden hebben om aan te nemen dat zijn weerzin tegen religie verband houdt met een ongewone hersenfunctie: hij stelt dat de transcraniële magnetische stimulatie van de temporaalkwab die bij de meeste mensen leidt tot een Godservaring, bij hem geen effect sorteerde. Kopstukken slaan elkaar om de oren; Kopstukken is niet saai. Betrekkelijk veel aandacht van gesprekspartners vraagt de auteur voor de implicaties voor de neurobiologie van Gerald Edelmans theorie van het neuraal darwinisme. Op het eerste gezicht lijkt deze theorie het neurobiologisch onderzoek op een bijna triviale wijze te kunnen inkaderen en richting geven, maar bij nader inzien moet de complexiteit van deze theorie neurobiologen toch ook plaatsen voor de niet geringe opgave om kennisvorming over hersenen boven speculatie uit te tillen. Toepassing van neurobiologische kennis – zoals in de alledaagse psychiatrie – vergt eigenlijk meer voorbehoud en wijsheid dan ooit te voren. Kopstukken is een uitdagend, rijk gevarieerd en zeer leesbaar boek dat smaakt naar meer.
J.W.G. Meissner