Casusboek EMDR. 25 voorbeelden uit de praktijk
Dit casusboek gaat, zoals de titel al suggereert, over gevalsbeschrijvingen van eye movement desensitization and reprocessing(emdr)-behandelsessies. Vijfentwintig casussen worden, door een brede verscheidenheid aan emdr-therapeuten, tot in detail beschreven. De achtergronddiagnostiek van de gevalsbeschrijvingen varieert van borderlinepersoonlijkheidsstoornis tot slikangst, waarbij het verwerken van traumatische herinneringen met emdr bijdraagt aan het welzijn van deze cliënten/patiënten. De casusbeschrijvingen en tevens hoofdstukken hebben alle een vergelijkbaar patroon. Eerst introduceert de auteur/behandelaar zichzelf, om daarna een beschrijving te geven van het soort problematiek waarover de betreffende casus handelt plus een korte voorgeschiedenis en uitleg van de klachten van betreffende cliënt. Hierna volgen een argumentatie, een verklaring waarom er voor emdr gekozen is en ten slotte een uitgebreide behandelbeschrijving. Het is bijzonder plezierig aan dit boek dat het praktisch georiënteerd is. Het is prikkelend om stapsgewijs voorbeelden te zien hoe emdr uitgevoerd kan worden, juist bij moeilijke behandelsituaties. Zulke gedetailleerde casusbeschrijvingen bestonden nog niet zo uitgebreid in de Nederlandse taal. Deze beschrijvingen van sessies kunnen emdr-behandelaren mogelijk motiveren tot het durven aangaan van uitdagende problematiek. Ook kunnen ze leiden tot de beslissing emdr in te zetten bij stagnerende behandelingen, zelfs bij behandelsituaties waar deze, volgens de richtlijnen, niet de meest voor de hand liggende keuze lijkt te zijn. Sommige hoofdstukken schetsen hoe emdr gevlochten kan worden in een ingewikkelde tweedelijnsbehandeling. Een voorbeeld hiervan is hoofdstuk 10, waarin beschreven wordt hoe emdr bij een vrouw met depressies en paniekaanvallen, een duidelijke aanvulling vormt op de cognitieve therapie in combinatie met medicamenteuze behandeling. Hoofdstuk 11 laat zien hoe emdr en cognitieve gedragstherapie elkaar aanvullen en daarmee een behandeling bij een patiënt met een sociale fobie (uiteindelijk) succesvol maken. Hieruit kan men concluderen dat emdr soms een welkome aanvulling kan vormen op het gebruikelijke behandelaanbod, zeker wanneer resultaten uitblijven bij het volgen van de richtlijnen. Ten slotte wil ik hoofdstuk 12 noemen. Hierin volgen we een behandeling van een getraumatiseerde persoon met meerdere persoonlijkheidsstoornissen. Het is boeiend en gedurfd dat de auteur zich waagt aan deze vastgelopen behandeling van de cliënt met een methode als emdr - en er succes mee heeft. Bovendien bekent zij dat de cliënt eenmalig in mogelijk gedissocieerde toestand naar huis is gegaan. Zij beschrijft waar ze, volgens zichzelf, tekort is geschoten en hoe ze de behandeling is gaan temporiseren om het dissociëren te voorkomen. De kritiek die ik tot dan toe had op dit boek, namelijk dat men alleen succesverhalen die keurig volgens het protocol lopen, beschrijft, wordt hiermee deels tenietgedaan. emdr is een vaak krachtige interventie bij een divers aanbod van klachten en problemen waarbij pijnlijke herinneringen de vooruitgang in de weg staan (Renssen 2002). Soms echter verlopen sessies niet volgens protocol of blijft het verwachte succes uit. Het zou voor behandelaren goed zijn wanneer ervaren emdr-therapeuten hieraan meer publiciteit zouden geven en juist deze sessies zouden beschrijven. Samenvattend: de beschreven voorbeelden nodigen uit om emdr breder dan bij enkelvoudig trauma toe te passen. Ook prikkelt het de creativiteit om deze modaliteit bij vastgelopen interventies uit te proberen. Het boek is duidelijk een aanwinst en ik kan het zeker adviseren als naslagwerk en dagelijks leesvoer voor emdr-therapeuten.
M.R. Renssen