Hoezo onbehandelbaar? Over de mogelijkheden en beperkingen bij de behandeling van cluster-Apersoonlijkheidsstoornissen
achtergrond Uit de beperkte wetenschappelijke
literatuur over de cluster-A-persoonlijkheidsstoornis
komt vooral het beeld naar voren
van een moeilijk psychotherapeutisch en medicamenteus
te behandelen stoornis.
In Nederland zijn er twee verschillende
onderzoeken naar psychotherapie bij persoonlijkheidsstoornissen
waaruit blijkt dat de cluster-Apersoonlijkheidsstoornis
minder onbehandelbaar
is dan vaak gedacht wordt.
doel Het presenteren van data over de
psychotherapeutische behandeling van patiënten
met een cluster-A-persoonlijkheidsstoornis.
methoden Uit het Sceptre-onderzoek,
een Nederlands multicenteronderzoek van negenhonderd
patiënten met een persoonlijkheidsstoornis
die ambulant of (dag)klinisch behandeld
werden, worden de gegevens van negentig patiënten
met een cluster-A-persoonlijkheidsstoornis
gepresenteerd.
Daarnaast worden de data gepresenteerd van
zestien patiënten uit een onderzoek van 128 patiënten
met een persoonlijkheidsstoornis die kortdurend
(drie maanden) klinisch behandeld werden.
resultaten Patiënten met een cluster-
A-persoonlijkheidsstoornis vertonen verbetering,
zowel wat betreft symptomen als in het aantal
uren dat zij werken na een psychotherapeutische
behandeling. Wel moet rekening gehouden worden
in de therapeutische relatie met een mogelijk
meer afwachtende houding van de patiënt en
blijkt het patroon van de symptomatische verbetering
trager in vergelijking met cluster-B- en
-C-persoonlijkheidsstoornissen.
conclusie Patiënten met een cluster-Apersoonlijkheidsstoornis
kunnen wel degelijk
profiteren van psychotherapie mits zij over een
aantal kenmerken zoals egosterkte en motivatie
beschikken. Besproken wordt wat dit betekent
voor een mogelijk hernieuwde indeling van de
persoonlijkheidsstoornissen in dsm-v.