Comorbiditeit van angst en depressie op symptoomniveau
achtergrond Op basis van symptomen
van angst en depressie worden dsm-iv-diagnoses
gesteld. Binnen deze categorieën bestaat een
grote klinische heterogeniteit. Daarnaast voldoen
veel patiënten aan de criteria voor depressie en een
of meer angststoornissen. Het onderzoeken van de
ontstaanswijze van depressie en angst zou gericht
moeten worden op symptomen in plaats van diagnostische
categorieën. Onze hypothese is dat gezamenlijk
voorkomen van symptomen van angst en
depressie komt door overlap in de ontstaanswijze.
doel Onder dsm-iv-symptomen van
angst en depressie willen wij gezamenlijk voorkomende
symptomen identificeren bij gezonde
mensen en patiënten met angst en/of depressie.
Vervolgens onderzoeken we de associaties van deze
symptoomgroepen met psychologische factoren
en levensgebeurtenissen.
methoden Bij de 2851 respondenten
van de Nederlandse studie naar depressie en angst
(nesda) is op dsm-iv-symptomen van angst
(sociale fobie, paniekstoornis, agorafobie en gegeneraliseerde
angststoornis) en depressie een latenteklasseanalyse
gedaan. Vervolgens zal met gewogen
regressieanalyse de associatie met
psychologische kenmerken en levensgebeurtenissen
worden bekeken.
resultaten Op het congres zullen de
groepen gezamenlijk voorkomende symptomen
worden gepresenteerd, alsmede de relatie daarvan
met andere kenmerken van depressie en/angststoornissen.
conclusie We hopen te kunnen laten
zien dat enkele symptoomgroepen goede uitkomstmaten
zijn voor verder onderzoek naar de
ontstaanswijze van symptomen van angst en
depressie. In vervolgonderzoek gaan we onderzoeken
welke combinaties van genetische en omgevingsfactoren
bijdragen aan deze symptoomgroepen.