Agressie en veiligheid binnen de ggz
achtergrond Agressie en autoagressie
vormen binnen de geestelijke gezondheidszorg
een beduidend probleem voor patiënten en hulpverleners.
Ondanks de verscheidenheid aan
bestaande literatuur (zie onder andere Gratz 2001;
Fliege e.a. 2009; Steinert 2002) heeft de geestelijke
gezondheidszorg baat bij meer onderzoek naar de
risicofactoren van (auto)agressief gedrag, teneinde
een betere voorspelling te kunnen doen en escalaties
en separaties te voorkomen.
doel Inzicht krijgen in factoren die aangemerkt
kunnen worden als risicofactoren voor
agressief, autoagressief en niet-agressief gedrag
binnen een intramurale participantenpopulatie
en in mogelijke significante verschillen tussen de
risicofactoren van agressief en autoagressief
gedrag.
methoden Bij 54 chronisch psychiatrische
patiënten verdeeld over drie groepen (nietagressieve,
agressieve en autoagressieve patiënten)
werden de Historical Clinical Risk management-20
(hcr-20), de Clinical Global Impression Scale (cgi),
en de Health of the Nation Outcome Scales (Honos)
afgenomen in de periode januari tot juli 2009.
Naast de verkregen gegevens werden onder andere
de diagnose, juridische status en de duur van de
psychiatrische voorgeschiedenis meegenomen in
de analyse.
resultaten Besproken worden de risicofactoren
die significant samenhingen met
auto(agressief) gedrag.
conclusie Op basis van de resultaten
alsmede bevindingen uit de literatuur worden
patiëntenkenmerken bediscussieerd die typerend
zijn voor patiënten die een verhoogd risico hebben
om ernstig (auto)agressief te vertonen.