Farmacotherapie bij posttraumatische stressstoornis
inhoud van de cursus Studies naar
de biopsychologie van posttraumatische stressstoornis
(ptss) hebben belangrijke aanwijzingen
opgeleverd voor biologische ontregeling bij ptss.
Bij patiƫnten met ptss werden verschillende biologische
en neurobiologische veranderingen
gevonden. Bij ptss is er sprake van hypersensitisatie
van verschillende neurotransmittersystemen
zoals het noradrenerge, serotonerge en dopaminerge
systeem. Dit betekent dat het systeem
heftiger reageert op kleine prikkels. Ook de hpa-as
lijkt overactief. Er is zelfs enige indicatie voor de
betrokkenheid van verschillende neurobiologische
systemen voor de drie verschillende symptoomclusters.
Deze biopsychologische bevindingen
wijzen erop dat farmacotherapie effectief zou
kunnen zijn bij patiƫnten met ptss. Relatief veel
gerandomiseerde dubbelblinde placebogecontroleerde
studies (rct's) zijn gedaan met selectieve
serotonineheropnameremmers (ssri's). De
meeste van deze rct's en de meta-analyses hiervan
hebben positieve effecten van farmacotherapie
bij ptss aangetoond (Stein e.a. 2000; Stein e.a.
2001).
In deze cursus worden neurobiologische
afwijkingen bij ptss en de effectiviteit van farmacotherapie,
farmacotherapeutische behandelmogelijkheden,
de farmacologische eigenschappen
van de meest gangbare medicamenten, de duur
van de behandeling, prognostische factoren van
het beloop, terugvalpreventie en gecombineerde
therapie besproken.
vorm Interactieve methoden.
leerdoelen Kennis hebben van: 1. neurobiologische
afwijkingen bij ptss; 2. effectiviteit
van farmacotherapie; 3. farmacotherapeutische
behandelmogelijkheden; 4. de farmacotherapeutische
eigenschappen van de meest gangbare
medicatie; 5. de duur van de behandeling; 6.prognostische
factoren van het beloop; 7. terugvalpreventie;
8. gecombineerde therapie.