Het begrip detentieongeschiktheid nader bekeken: hoort de psychotische patiënt wel in de bajes?
achtergrond In 2009 is gestart met
indicatiestelling voor de forensische zorg binnen
het gevangeniswezen. Psychiatrische patiënten
die meer zorg behoeven dan in de basiszorg geboden
kan worden kunnen uitgeplaatst worden naar
de (forensische) ggz. Wanneer er sprake is van een
onaanvaardbaar hoog beheersgevaar of vluchtgevaar,
dan wel als het OM anders beslist, zal een dergelijk
uitplaatsing niet kunnen plaatsvinden en
zal de patiënt naar een van de in 2009 gerealiseerde
penitentiaire psychiatrische centra binnen detentie
moeten worden overgeplaatst. In deze voordracht
wordt aandacht geschonken aan het begrip
detentie(on)geschiktheid, de praktijk zoals die
voorheen bestond en de schijnbare verruiming
van de indicatiecriteria voor uitplaatsing die nu
geïntroduceerd is binnen het project Vernieuwing
forensische zorg. Binnen het Nederlands Instituut
voor Forensische Psychiatrie en Psychologie en bij
andere zorgverleners in detentie heerst verwarring
over deze criteria en wordt gezocht naar praktische
handvatten. Een richtsnoer zal worden
gepresenteerd.
doel Inzicht bieden in de toepassing van
het begrip detentie(on)geschiktheid en de indicatiecriteria
voor forensische zorg vanuit de basiszorg
binnen detentie, met name voor plaatsing
naar een forensische ggz-voorziening.
methoden Bespreking van de regelgeving
en de praktijk van indicatiestelling voor uitplaatsing
naar een forensische ggz-voorziening.
resultaten Duidelijkheid over indicatiestelling
van forensische zorg, specifiek voor de
zorg voor psychiatrisch gestoorde gedetineerden.
conclusie Meer zicht gekregen hebben
op indicatiestelling in forensische zorg en de mogelijkheden voor behandeling binnen en buiten
het gevangeniswezen.