Epilepsie bij de differentiaaldiagnose van een psychose
achtergrond Epilepsie kan gepaard gaan met verschillende psychopathologische verschijnselen. Psychosen kunnen op diverse manieren samenhangen met epilepsie. Op basis van de tijdsrelatie tussen de psychotische symptomen en de epileptische aanval worden ictale, postictale en interictale vormen onderscheiden. Daarnaast kunnen psychosen optreden als gevolg van de behandeling met anti-epileptica: de alternative psychosis, én als bijwerking van een anti-epilepticum, in het bijzonder levetiracetam en topiramaat. Voor elk type psychotische stoornis is een specifieke behandelstrategie geïndiceerd.
doel De aandacht vestigen op de relatie tussen psychotische stoornissen en epilepsie.
methoden Een gevalsbeschrijving en bijbehorend literatuuroverzicht.
resultaten Een 16-jarige patiënte werd verwezen voor diagnostiek. Toen zij 13 jaar was, trad een episodisch klachtenpatroon op gekenmerkt door het plotseling ontstaan van verwardheid, psychotische fenomenen en hevige angsten. Er volgden enkele psychiatrische opnames. Gesproken werd van een schizofrene psychose en een cycloïde psychose. Patiënte werd op 15-jarige leeftijd enkele maanden behandeld met olanzapine zonder behandelresultaat maar wel met een gewichtstoename van 20 kg. Tijdens de opname vertoonde patiënte plotselinge episodes met verwardheid, radeloosheid, stemmingslabiliteit, angst- en paniekklachten, akoestische hallucinaties en suïcidale gedachten. Dergelijke episodes traden eens per vier weken op en duurden ongeveer een week. Neuropsychologisch onderzoek liet een totaal iq van 88 zien met een harmonisch profiel. Zowel moeder als zus van patiënte zijn bekend met partiële epilepsie. Een slaapdeprivatie-eeg was marginaal afwijkend. De diagnose werd bepaald op postictale psychose en patiënte werd ingesteld op carbamazepine. Hierna hebben zich gedurende een jaar geen klachten meer voorgedaan..
conclusie De differentiaaldiagnostiek van psychotische stoornissen omvat ook epilepsiegerelateerde psychosen, zeker indien er sprake is van een belaste familieanamnese. De behandelstrategie dient hierbij te worden aangepast.