Transgenerationele overdracht van psychiatrische aandoeningen
achtergrond Preventieve maatregelen staan sterk in de belangstelling. Zeer recent heeft de Gezondheidsraad (2007) een advies uitgebracht inzake de preconceptiezorg: de zorg voor optimale gezondheid breidt zich uit tot in de zwangerschap en zelfs al daarvoor. Preventieve maatregelen dienen al vroeg te worden overwogen. In het mondelinge commentaar op de Gezondheidsraadlezing van 27 september 2007 door Verloove-Vanhorick haalt ook Verhulst (Schoten & De Waal 2007) bovengenoemd dierexperimenteel onderzoek (Meaney 2004) aan. Hij concludeert dat er sprake is van 'verreikende wisselwerkingen tussen erfelijke en omgevingsfactoren', aldus Schoten en De Waal. We menen dat Verhulst hier doelt op onderliggende gen-omgevinginteracties. Ons vak dient zich dan ook uit te breiden in de richting van moeder(ouder)-kindzorg. Genomgevinginteracties hebben ook gevolgen voor de invulling van de term 'transgenerationele overdracht'. Niet alleen dragen de ouders eventuele psychiatrische aandoeningen over op hun kinderen via de genen, zij kunnen ook hieraan bijdragen door hun gedrag (Kaufman 2004). De ontwikkeling van psychiatrische aandoeningen later in het leven kan worden beïnvloed door het optreden of nalaten van bepaald gedrag. Preventieve interventies bij kinderen, gericht op het voorkomen van psychiatrische aandoeningen later in het leven, dienen zich dus ook te richten op het gedrag, c.q. de behandeling van deze aandoeningen bij de ouders.
doel Overdragen van beschikbare wetenschappelijke kennis inzake de transgenerationele overdracht van psychiatrische aandoeningen.
methode Het bespreken van de relevante literatuur. Aan bod komen de belangrijkste onderzoeksresutaten (Rutter 2004), de levenslange effecten van vroege ervaringen (McEwen 2003), de specifieke effecten van depressie bij de moeder op de baby (Dawson 2003), en de effecten van adequate sociale steun (positieve omgevingsfactoren; Kaufman 2004).
resultaat Inzicht in het belang voor de latere gezondheid van de kinderen van het adequaat behandelen van psychiatrische aandoeningen van de ouders.
conclusie De gen-omgevinginteractie brengt volwassenenpsychiatrie en (preventie van) kinderpsychiatrie weer dichter bij elkaar.