Antisociale persoonlijkheidsstoornis en dialectische gedragstherapie
achtergrond Personen met een antisociale persoonlijkheidsstoornis (asp) vormen een uiterst lastige groep om succesvol te behandelen. Vaak wordt, zowel door de therapeut als door de cliënt/patiënt, een behandeling voortijdig beëindigd wegens frustratie over het onbevredigende verloop ervan.
doel Dialectische gedragstherapie (dgt) is effectief gebleken bij personen met een borderlinepersoonlijkheidsstoornis. Vanwege overeenkomsten met de symptomen van borderlinepersoonlijkheidsstoornis, is het dgt-programma aangepast voor personen met asp. Doel van dgt bij asp is om door middel van het verminderen van impulsiviteit en vijandigheid en door het verbeteren van empathisch functioneren delicten te voorkomen en/of de kans op recidive te verkleinen.
methode Gedurende een periode van 48 weken worden acht ambulante cliënten en acht klinische patiënten met asp, tweemaal per week behandeld. Diverse evaluatiemomenten brengen het verloop van het dgt-programma in kaart. Daarnaast zorgt een aantal controlegroepen voor vergelijkingsdata met betrekking tot treatment-asusual. Het gebruik van zelfrapportage en interviews kan bij personen met asp onbetrouwbaar zijn. Mede daarom is besloten om de diagnostiek, naast de binnen de forensische psychiatrie gebruikelijke diagnostiek, uit te breiden met aan de doelstellingen gerelateerde impliciete neuropsychologische en neurocognitieve tests en hormonale speekselmonsters.
resultaten Data van de eerste meetmomenten, waaronder ervaringen van behandelaars en hun patiënten, zullen worden gepresenteerd.
conclusie Dialectische gedragstherapie kan de mogelijkheden uitbreiden om de patiënt met een antisociale persoonlijkheidsstoornis te behandelen; zowel de patiënt als de maatschappij zal daarvan profiteren.