Cognitieve gedragstherapie bij jongeren met een hoog risico op een psychose; een rct naar het effect op psychotische symptomen en transitie naar psychose
achtergrond Jongeren met een hoog risico op een psychose, de zgn. ultra high risk(uhr)- groep, kunnen wellicht profiteren van vroege interventies, waaronder cognitieve gedragstherapie (cgt). Een betere prognose in termen van sociaal functioneren en remissie, uitstel van de overgang naar een psychose of zelfs het voorkomen daarvan behoren tot de potentiële uitkomsten. Studies in Australië en Engeland bieden hoopgevende aanwijzingen. cgt is weinig invasief en kan gericht worden op de actuele klachten van de betrokken jongeren.
methode Een gerandomiseerde multicenterstudie wordt voorbereid met het doel de uhr-jongeren op te sporen en de effectiviteit van de cgt-interventie te toetsen in vergelijking met gebruikelijke behandeling.
resultaten De studie wordt op dit moment voorbereid en vanaf 2008 zullen de eerste patiënten tussen 18 en 35 jaar worden geïncludeerd. De inclusie van in totaal 240 patiënten duurt 24 maanden. Instrumenten om de screening uit te voeren zijn geselecteerd en vertaald, medewerkers zijn getraind en het opsporingsapparaat is operationeel gemaakt. Het design van de studie en de bijzondere kenmerken daarvan, waaronder het werken met patiënten die niet de aandoening, maar slechts het verhoogde risico daarop hebben, wordt besproken. De experimentele interventie is specifiek op deze doelgroep gericht en is in Nederland nog erg weinig ingevoerd. De onderscheiden subgroepen van uhr-patiënten worden besproken evenals de verwachte aantallen patiënten en de noodzakelijke infrastructuur.
conclusie Onderzoek naar specifieke interventies bij uhr-patiënten met prodromale syndromen is veelbelovend ter verbetering van de prognose van deze groep en ter voorkoming van ernstige functionele beperkingen; of die belofte wordt waargemaakt, zal in dit onderzoek worden getoetst.