Vroege detectie van autisme; betrouwbaarheid en stabiliteit van de diagnose
achtergrond In de provincie Utrecht zijn 30.000 kinderen op de leeftijd van veertien maanden gescreend op afwijkingen in de sociale ontwikkeling (Dietz e.a. 2006).
doel Het vaststellen van de betrouwbaarheid en de stabiliteit van de diagnose autisme en pervasieve ontwikkelingsstoornis niet anderszins omschreven (pdd-nos) op zeer jonge leeftijd in een populatiestudie.
methode 132 kinderen werden gediagnosticeerd op zeer jonge leeftijd en twee jaar later. Een ervaren clinicus kan op jonge leeftijd de diagnose autisme het meest betrouwbaar stellen. De betrouwbaarheid van de diagnose is bepaald door het vergelijken van het oordeel van verschillende clinici. Voor de stabiliteit werden de diagnoses over de tijd met elkaar vergeleken.
resultaat De psychiaters waren het bij 80% (kappa: 0,59) van de kinderen eens over de vraag wel of geen stoornis in het autistische spectrum. Autisme of pdd-nos leverde 44% (kappa: -0,15) overeenstemming. De stabiliteit voor pdd was 91%, voor autisme 96%, maar voor pdd-nos 32%.
conclusie In een populatiestudie is de diagnose pdd op zeer jonge leeftijd stabiel en betrouwbaar te stellen. Het onderscheiden tussen autisme en pdd-nos is op die leeftijd nog niet betrouwbaar en stabiel.