Prevalentie, incidentie en reversibiliteit van het metabool syndroom bij mensen met een psychotische stoornis
achtergrond Verschillende crosssectionele studies in Europa en de vs vertonen hogere prevalenties van het metabool syndroom bij schizofreniepatiënten dan in de gewone populatie.
doel Het berekenen van de prevalentie van het metabool syndroom in een Nederlandse populatie met schizofrenie of verwante psychotische stoornis en het volgen van patiënten met en zonder het metabool syndroom over een jaar.
methode Tussen september 2004 en april 2006 werden alle patiënten uit het Psychosecircuit van ggz Noord-Drenthe uitgenodigd om aan een disease managementprogramma deel te nemen. Voor deze analyse werden alleen patiënten met een complete baseline en een jaarlijkse followupscreening geïncludeerd.
resultaten In totaal werden 260 patiënten geïncludeerd, 62% (n = 162) mannen, 38% vrouwen. De gemiddelde leeftijd van de patiënten was 38 (sd: 11,9) jaar. De prevalentie van het metabool syndroom was bij de aanvangsscreening 35% (n = 92). De incidentie over een jaar van het metabool syndroom was 14% (n = 24). Van de patiënten die bij aanvang aan de criteria voor het metabool syndroom voldeden, voldeed 33% (n = 30) bij de follow-upscreening hier niet meer aan.
conclusie Deze eerste vervolgstudie bevestigt de hoge prevalentie van metabole stoornissen bij schizofrenie en laat een hoge incidentie zien. Voorts blijkt het metabool syndroom bij 33% reversibel te zijn.