Dyskinesie bij schizofrenie, symptoom of bijwerking?
achtergrond Tardieve dyskinesie wordt door de dsm-iv beschreven als een met medicatie samenhangende bijwerking. Dyskinesie is echter prevalent bij nooit met antipsychotica behandelde patiënten met schizofrenie. Het optreden van dyskinesie lijkt bepaald door verschil in gevoeligheid van de pandopaminebanen, beïnvloed door biologische aanleg en omgevingsfactoren.
doel Inzicht in de gevoeligheid voor het ontstaan van dyskinesie en consequenties voor de preventie.
methode Twee meta-analyses kwantificeren het optreden van dyskinesie bij patiënten en familieleden nooit behandeld met antipsychotica en het effect van het polymorfisme van het drd3- gen. Een epidemiologische benadering van een cohort van 10.000 patiënten met schizofrenie kwantificeert de relatie van de verschillende dopaminebanen op het optreden van dyskinesie en de invloed van omgevingsfactoren hierop.
resultaten Spontane dyskinesie komt meer voor bij respectievelijk nooit met antipsychotica behandelde patiënten en hun niet-aangedane familieleden dan controlepersonen. Dragers van het Gly-allel van het drd3-gen hebben een groter risico voor het ontstaan van dyskinesie dan dragers van het Ser-allel. Verder lijkt dyskinesie pan-dopaminerg bepaald, aangezien afgeleide maten van de verschillende dopaminebanen dyskinesie voorspellen in een populatie vrij van dyskinesie. Tevens lijkt dyskinesie deels omkeerbaar indien de belastende omgevingsfactoren worden aangepast.
discussie Dyskinesie lijkt niet alleen een langetermijnbijwerking van antipsychotica , maar ook een marker voor de genetische gevoeligheid om schizofrenie te krijgen. Alle dopaminebanen lijken betrokken indien dyskinesie optreedt. Dyskinesie wordt beïnvloed door exogene factoren door een verhoging van de sensitiviteit van het dopaminesysteem, zich uitend in een dopamine-upregulatie en een verhoogde vuurfrequentie van de dopaminereceptoren. Eén van kandidaatgenen van een verhoogde sensitiviteit van het pandopaminerge systeem, zich uitend in dyskinesie, is het gen dat codeert voor de dopamine-3-receptor (drd3). Inzichten verkregen bij patiënten met een gevoeligheid zich uitend in een dyskinesiefenotype geven mogelijkheden voor preventie, rationele farmacotherapie en inzicht in verwachte zorgzwaarte.