Psychoeducation Manual for Bipolar Disorders
Waar in veel therapiehandboeken vele bladzijden worden besteed aan algemene informatie over de bipolaire stoornis, blijven deze uitweidingen in dit boek gelukkig beperkt. In amper twintig bladzijden wordt een overzicht gegeven van de ontwikkelingsgeschiedenis van het concept van de bipolaire stoornis en wordt stilgestaan bij de diverse psychologische interventies die bij de bipolaire stoornis worden toegepast. In het tweede, eveneens erg beknopte deel, worden het concept en de methodologie van psycho-educatie (pe) besproken. Volgens de auteurs is pe bij veel patiënten noodzakelijk om hen de verantwoordelijkheid te laten nemen voor zichzelf, in plaats van zich schuldig te voelen. Dat is immers het begin van het aanvaarden van de noodzaak tot behandeling. Door pe 'weet' de patiënt 'wat wij weten' (p. 28), waardoor hij beter begrijpt én zich beter begrepen voelt, en zijn betrokkenheid bij de behandeling zal toenemen. Volgens de auteurs zijn de bewustwording van de aandoening, het vroegtijdig herkennen van waarschuwingssignalen en een verhoogde therapietrouw noodzakelijke en voldoende 'werkingsmechanismen' om van pe een werkzame interventie te maken. Andere mechanismen, zoals het omgaan met stress, het vermijden van middelenmisbruik en het aanbrengen van regelmaat, zijn van secundair belang. Het leeuwendeel van het boek beslaat de concrete inhoud van het 6 maanden durende pe-programma dat de auteurs in een gerandomiseerd onderzoek hebben onderzocht (Colom e.a. 2003) en dat het beste aangeboden kan worden aan euthyme patiënten. In 21 hoofdstukken worden kort de doelstellingen van evenveel pe-sessies beschreven. Er worden aanwijzingen gegeven met betrekking tot de te volgen procedure en nuttige 'tips' over situaties die zich naar aanleiding van sommige onderwerpen kunnen voordoen. Elk hoofdstuk wordt afgesloten met een oefening en een duidelijke samenvatting van de inhoud van de sessie, die met de patiënt kan worden meegegeven. Een punt van kritiek op het programma is het grote aantal sessies en de lange duur. De auteurs weerleggen deze kritiek moeiteloos, met als belangrijkste argument de resultaten die zij kunnen voorleggen. Het programma is immers op een overtuigende manier in staat om terugval te voorkomen. De absolute vermindering van het risico op terugval is 22%, wat overeenkomt met een number needed to treat van ongeveer 5, en vergelijkbaar is met lithiumprofylaxe (Sienaert & De Fruyt in druk). Dit boek maakt duidelijk dat pe meer is dan het aanbieden van begrijpelijke informatie over de bipolaire stoornis en haar behandeling. Het boek vult een bestaande leemte in de literatuur en is onmisbaar voor elke hulpverlener die werkt met patiënten met een bipolaire stoornis.
P. Sienaert