Boekbespreking
Cognitieve stoornissen en atriumfibrilleren bij ouderen
M. Pop-Purceleanu, F.W. Verheugt, J.T. Van
Kuilenburg, W. Van Weerde, I. Plesiewicz, G.A.M.
Pop, F.E. De Leeuw, M. Zwiers, M. Van Dartel, E.
Wezenberg, W. Hulstijn
po-38
achtergrond Acute cva's, 'stille' herseninfarcten (sbi) en atriumfibrilleren zijn gecorreleerd met een gevorderd atherosclerotisch proces. Bij deze cardiovasculaire pathologie is er een grotere kans op stemmingsstoornissen, neurocognitieve achteruitgang en dementie. doel Het space-onderzoek (Silent Brain Infarct and Cognitive Decline Prevention in Atrial Fibrillation by Cholesterol Lowering in Elderly Patients) onderzoekt of atriumfibrilleren in oudere, klachtenvrije patiënten geassocieerd is met depressie, neurocognitief deficit en mri-afwijkingen. Tevens wordt er nagegaan of behandeling met hoge doses statinen naast orale anticoagulantia en antiinflammatoire medicatie tot het behouden of verbeteren van het cognitief functioneren leidt.
methode Een 1 jaar durend prospectief, gerandomiseerd, dubbelblind, pilotonderzoek (n=40) in een populatie ouderen (leeftijd: 65-85 jaar) met atriumfibrilleren. De metingen worden bij baseline en na 1 jaar uitgevoerd en omvatten biologisch en neuropsychologisch onderzoek en mri. Na de baselinemeting worden patiënten random toegewezen aan de placebo- of de statinegroep, naast de eerder gegeven orale anticoagulantia en acetylsalicylaat.
resultaten Patiënten met atriumfibrilleren functioneren op verschillende cognitieve domeinen significant slechter dan de norm. Zij vertonen met mri en in het neurocognitief onderzoek afwijkingen die passen bij subcorticale schade. Behandeling gedurende één jaar met een combinatie met statinen leidt tot significante verbetering van het cognitief functioneren ten opzichte van het baselinefunctioneren en ten opzichte van de placebogroep.