Vakantie-ervaringen met psychiatrische patiënten
Een aktieve vakantie had op een gemengde groep psychiatrische patiënten — voornamelijk jongere mannen en vrouwen met uiteenlopende opnameduur en diagnose — twee belangrijke effekten.
Op subjektief niveau was er de ervaring (voor patiënten en personeel) een prettige tijd meegemaakt te hebben; objektief manifesteerden zich een aantal gedragsverbeteringen. Een tweetal faktoren leverden aan deze gunstige effekten een bijdrage. Op de eerste plaats ontstond er een open groepssituatie met een grote mate van integratie tussen de rollen van patiënt en personeel, dit in tegenstelling tot de situatie in het ziekenhuis, waar de rollen van patiënt en personeel relatief ver uit elkaar liggen. De openheid van de groep strekte zich uit naar het maaschappelijk gebeuren, doordat de groepsleden zich vrijelijk in hun omgeving konden bewegen. Ook in tegenstelling tot de ziekenhuissituatie werd de groep slechts zelden tot een massa. Met de zekerheid van de totale groep op de achtergrond, splitsten de patiënten, vaak gezamelijk met het personeel, zich op in verschillende subgroepjes, die ieder hun eigen gang gingen. Voor individu en groep(jes) ontstond er zodoende de mogelijkheid om op eigen initiatief de sociale en ruimtelijke omgeving te verkennen. Door het hospitaal geconditioneerd gedrag, maakte plaats voor keuzegedrag. Subjektief welbevinden en gedragsverbeteringen werden daarnaast nog verstrekt door de continuë stroom van natuurlijke aktiviteiten waaraan de groep vakantiegangers zich blootstelde.
Anders dan het wonen, dat hospitalisatie en stereotype gewoontevorming met zich mee kan brengen, vraagt het zich blootstellen aan het natuurlijke milieu van de patiënt om voortdurend inventief en aktief te zijn. Deze vorm van aktiviteit werkt strukturerend voor het gedrag, zonder dat ze als autoritair/opgelegd of als nutteloos/ flauw wordt ervaren. Bij wijze van hypothese werd gesteld dat het senso-motorische apparaat van de mens er op is gebouwd om regelmatig te interreageren met nieuwe prikkels, iets waarvoor in het psychiatrisch ziekenhuis vaak te weinig mogelijkheden bestaan.
De ervaringen met patiënten laten de volgende konklusies toe:
a — een open vorm van groepsverpleging met een geringe sociale afstand tussen de patiënten en personeel lijkt in vele gevallen de meest geschikte vorm van verpleging voor psychiatrische patiënten. In deze vorm van verpleging is de achturige werkdag en de vijfdaagse werkweek eigenlijk een uit het bedrijfsleven overgenomen onding.
b — waar het accent in de socio-therapie vaak ligt op milieu-constantie, is het gewenst om frequenter dan tot nog toe milieu-wijziging als therapeutisch instituut te hanteren, met name wanneer dit geschiedt in de vorm van het aanbieden van mogelijkheden aan de patiënt om zich te konfronteren met een stroom van door de natuur gegeven aktiviteiten, zoals die zich bijvoorbeeld voordoen tijdens een aktieve vakantie.