De illusie van het geheugen
In dit boek van de criminologe Shaw staat naast alle feiten ook een stevig verhaal, namelijk dat ons geheugen alleen een illusie is als we het opvatten als een ladekast met archiefkaartjes. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat herinneren is gestoeld op een cerebraal dynamisch netwerk van sensorische en cognitieve verknopingen dat zich via aandacht kan sluiten. Wat iemand meemaakt, wordt in verschillende hersengebieden geregistreerd. Bestaande associatieve en concurrerende herinneringen behoren meteen al tot datzelfde neurobiologisch netwerk en zullen een volgende weergave van de ervaring kleuren. Het geheugen is plastisch en economisch.
Deze plasticiteit ondergraaft weliswaar de betrouwbaarheid van herinneringen door vervorming en bronverwarring, maar rechtvaardigt daardoor wel de biologische en sociale redenen van haar bestaan. Het geheugen is in principe evolutionair bepaald en gericht op overleven, dus beslist geen illusie. Het geheugen helpt ons bij onze leefgroep te blijven door gezamenlijke herinneringen te creëren. Discriminatie en vooroordelen (‘bias’) zijn een vorm van geheugenfouten, maar goed voor het groepsgevoel. En voor het eigen ego.
De geciteerde onderzoeken zijn afkomstig uit de cognitieve psychologie. De fouten, wijzigingen en misverstanden waar het geheugen onder te lijden heeft, passeren alle de revue in de verschillende korte hoofdstukken. De laatste vier zijn populairwetenschappelijk van aard. Meer verborgen in de tekst liggen echter de actuele onderwerpen: nepnieuws, getuigenverklaringen, verhoormethoden van de politie, traumatisering en de herinneringen die optreden in de psychotherapie. Het zou beter zijn geweest deze onderwerpen uitgebreider en beter toegankelijk in aparte hoofdstukken te behandelen. Het boek had daardoor aan relevantie en invloed gewonnen.
Het boek is klassiek en didactisch opgebouwd met een enthousiaste verteltrant. Het is beschrijvend van aard, neuroanatomie en neurotransmitters komen slechts zijdelings ter sprake. Het niveau van kennisoverdracht bestaat uit een monografie over de werking van het geheugen. ‘Confirmative bias’ (tunnelvisie) valt niet uit te sluiten. Het is alleen erg jammer dat er geen register aan toe is gevoegd, waardoor het als naslagwerk tekortschiet, terwijl het boek zich daar wel toe leent. Het notenapparaat is onberispelijk.
Het betoog leest gemakkelijk, het bladeren is echter lastig vanwege de opbouw en de redactie had strakker gekund - maar het lezen zelf is een plezier. Voor iedereen die zich politioneel, didactisch, of therapeutisch bezighoudt met de (al dan niet criminele) medemens.
H. van Marle, em. Hoogleraar forensische psychiatrie, Rotterdam