Koersen op kwaliteit in de GGz
Steeds meer mensen maken gebruik van de geestelijke gezondheidszorg (ggz). In de jaren 2000-2007 nam het volume van de ggz met gemiddeld 6,4% per jaar toe, dat is meer dan de gemiddelde jaarlijkse volumetoename van de totale gezondheids- en welzijnszorg. De uitgaven zijn gestegen van 2,6 miljard euro in 2000 naar 4,5 miljard euro in 2007. De kritiek op de kwaliteit van de ggz staat enerzijds in relatie tot de perceptie bij relevante partijen dat de sector een weinig transparante rol speelt op de gebieden volksgezondheid en arbeidsproductiviteit. Anderzijds heeft de kritiek als oogmerk de oplopende kosten die ontstaan door de groei van de sector. Cliënten en hun organisaties, de overheid, de Inspectie voor de Gezondheidszorg, zorgverzekeraars en andere betalende partijen verwachten dan ook in toenemende mate van hulpverleners en instellingen dat zij verantwoording afleggen over de kwaliteit van de geboden zorg, in termen van vraaggerichtheid, doeltreffendheid en doelmatigheid. Veranderende regelgeving en de in ons land (vergeleken met de ons omringende landen) relatief sterk doorgevoerde marktwerking hebben alles te maken met de wens naar inzichtelijkheid van de sector. De ggz heeft echter de afgelopen jaren niet stilgezeten: gedurende de laatste jaren zijn voor de meeste stoornissen zorgprogramma's ontwikkeld op basis van recente, multidisciplinaire richtlijnen en een stapsgewijze benadering van de klachten. Routinematige monitoring van behandelresultaten, zowel op individueel cliëntniveau als op doelgroepniveau, maakt in bepaalde ggz-instellingen al deel uit van de interne verantwoording van het kwalitatieve en bedrijfsmatige handelen. Het staat vast dat in de onderhandelingen met de zorgverzekeraars deze gegevens per doelgroep over tafel gaan en het vergelijkingsmateriaal vormen voor het al dan niet aangaan of voortzetten van overeenkomsten, de prijs voor de 'producten' en de toekenning van budgetten. De auteurs van dit boek hebben een momentopname gemaakt van deze ontwikkelingen op kwaliteitsgebied. Aan bod komen de invoering van prestatie-indicatoren, de Doorbraakmethode en uitkomstenmanagement. In het tweede deel komen enkele kwaliteitsprojecten aan bod, zoals Doorbraakprojecten, 'Psychiater & Kwaliteit', 'Resultaten Scoren' (verslavingszorg), evidence-based interventies in de ggz en de implementatie van zorgprogramma's. De auteurs zijn respectievelijk psychiater, wetenschappelijk medewerker bij het Trimbosinstituut en adviseur bij Zorg Consult Nederland. Ze waren betrokken bij verschillende innovatieve trajecten in de psychiatrie, implementatie van innovaties, kwaliteitsvraagstukken en het managen van complexe verandertrajecten in verschillende sectoren van de zorg en strategische planning en uitkomstenmanagement in de sector. Hun streven om dit boek te schrijven is in de eerste plaats prijzenswaardig. Op het moment van het verschijnen van het boek is een aantal zaken immers al weer achterhaald. Niettemin kan een dergelijk overzicht nuttig zijn, zeker daar waar de hoofdstukken voorzien in een context en een historische plaatsbepaling van die ontwikkelingen. Dat is meestal het geval. Onvolledigheid is natuurlijk onvermijdelijk, maar ik vind de uitgebreide belichting van het project 'Psychiater en Kwaliteit' een te eenzijdig beeld geven. Binnen de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie is sinds de jaren negentig veel en baanbrekend werk verricht aan richtlijnen voor diagnostiek en behandeling, voorlichtingsmateriaal voor cliënten en de voorbereiding van de inmiddels in volle omvang lopende herregistratie en de daarmee samenhangende kwaliteitsvisitatie. Ook de ontwikkeling van een beroepscode en een profielschets mogen daarbij niet onvermeld blijven. Deze zaken waren al bekend toen de auteurs hun pen op papier zetten. Ik acht dit boek geschikt voor psychiaters, zowel vrijgevestigd werkend als in de context van een instelling, die geïnteresseerd zijn in kwaliteitsverbetering en een inspiratiebron zoeken. Ook is het geschikt voor beleidspsychiaters die worstelen met een implementatievraagstuk, zoals: waarom komt de implementatie van ons zorgvuldig voorbereide zorgprogramma na al die jaren voorwerk niet van de grond? Het is echter vooral een boek voor beleidsmakers, die er een veelheid aan (praktijk)kennis in zullen vinden.
D.P. Ravelli