Tussen mensen. Contextueel denken over relaties, familie en samenleving (2de ed.)
Annie Nuyts en Lieve Sels introduceren het werk van Iván Böszörményi-
Nagy in Tussen mensen. Contextueel denken over relaties, familie en samenleving en doen dit op een zeer toegankelijke manier voor het brede publiek. Het boek kwam tot stand vanuit een lezing die de auteurs reeds enkele jaren geven, ‘Familie duurt langer dan een mensenleven’, waarin ze aan de hand van tv-fragmenten, muziek en verhalen de kracht van familiebanden in beeld proberen te brengen. Deze manier van werken zijn ze trouw gebleven in hun boek.
Ze starten het eerste hoofdstuk met een introductie van vijf dimensies die zij onderscheiden: de feiten (‘wat er is en wat er gebeurt’), de psychologie (‘hoe we alles beleven en verwerken’), de interactie (‘communicatie, voertuig voor onze relaties’), de relationele ethiek (‘hoe rechtvaardig is een en ander’) en het ontische (‘ik ‘ben’ niet zonder de ander’). Samen met de theoretische invulling van deze dimensies doorspekken ze hun beschrijving met praktische voorbeelden die ze halen uit hun dagelijks leven, maar ook uit de literatuur en de actualiteit. Hierdoor maken ze de nogal theoretische begrippen zeer toegankelijk voor het brede publiek en leren ze als het ware het publiek te kijken door een contextuele bril.
Dit doen ze in het hele boek waar in de volgende hoofdstukken concepten worden geïntroduceerd zoals: geven en ontvangen in relaties, zelfvalidatie en zelfafbakening, loyaliteit, erven in relaties, parentificatie, recht en onrecht in relaties, en dialoog als ontmoeting. Elk concept wordt bekeken vanuit relaties, maar ook vanuit de maatschappij. De auteurs gebruiken daarvoor eveneens verdiepende hoofdstukken waarin een aantal bekende Vlamingen (onder anderen Thomas Vander Veken, Rudi Vranckx en Inge Vervotte) reflecteren over deze concepten en over hun eigen familie- en andere relaties.
De auteurs pretenderen geen therapieboek te schrijven, maar willen laten zien wat een contextuele hulpverlener doet in zijn/haar praktijk zodat men een geïnformeerde keuze kan maken wanneer dit nodig is. Daarnaast zijn de auteurs ervan overtuigd dat de ‘contextuele gereedschapskist’ (of schatkist, zoals ze zelf aanhalen) een meerwaarde kan zijn voor iedereen die beroepshalve geconfronteerd wordt met menselijke verschillen of geschillen.
Het boek is een aanrader voor wie meer wil weten over het contextuele denken en ongetwijfeld een aanzet voor velen om het contextuele kader te benutten in zijn of haar professionele bezigheden of te reflecteren over waar het volgens de auteurs voor veel mensen om draait: ‘rechtvaardige en verantwoordelijke relaties’.
I. Glazemakers, Klinisch psycholoog, Antwerpen