Kinderen die haten. Omgaan met agressieve gedragsstoornissen bij probleemjongeren
klinische antropologie kan
Dit boek van Redl en Wineman is de (7de) herziene druk van het oorspronkelijk werk Children who hate. The disorganisation and breakdown of behavior controls, dat in 1951 werd uitgegeven door The Free Press. Hoewel het boek dus meer dan 60 jaar oud is, leest het nog steeds actueel. De jongeren met gedragsproblemen en de probleemsituaties uit de observatieverslagen die beschreven worden in het boek zouden zo uit een residentiële behandelingsfaciliteit van nu kunnen komen.
Het boek beschrijft de opzet, de theoretische achtergrond en het dagelijks verloop van het project Het Pioniershuis van Redl en Wineman waarin ze een tiental jongeren met ernstige agressie- en gedragsproblemen gedurende een periode van 19 maanden in een ‘groepstherapiehuis’ samen lieten leven. Het is de eerste keer dat een residentiële behandeling voor deze groep maatschappelijk kwetsbare jongeren beschreven werd in de literatuur. Children who hate diende dan ook in de jaren na de eerste publicatie als basis van veel vormen van residentiële behandeling in het jeugdwerk en de kinderpsychiatrie wereldwijd.
De auteurs beschrijven in het boek naast de historie van het project, onder andere 22 types van ‘tekorten’ (onder andere frustratietolerantie, omgaan met onzekerheid, weerstaan van verleiding, opwinding en groepsverhitting, sublimeerdoofheid, noviteitspaniek, zelfhandhaving van het ego in een groepssituatie, leren van ervaring, en het vermogen om met verstand een oplossing te vinden) die de opgenomen jongeren hebben om in het dagelijks leven te kunnen functioneren als een ‘normale’ jongere. Deze beschrijvingen worden steeds geïllustreerd met casussen uit de observatierapporten van de projectmedewerkers waarin situaties of gesprekken met de jongeren toegelicht worden die zich in het pioniershuis hebben voorgedaan.
Dit boek biedt een verhelderende kijk op het functioneren van jongeren met een ernstige gedragsproblematiek. Op de kaft staat dat het aanbevolen literatuur is voor elke jeugdwerker. Dit citaat kan zeker aangevuld worden met de stelling dat het een waardevolle kijk geeft op een historisch moment uit 1951 waarin de basis gelegd werd voor het residentieel werken met kinderen en jongeren; tegelijk geeft het boek een actueel beeld van delinquente jongeren.
I. Glazemakers