Psychose. Verschijning, Beleving, Structuur
Dit boek van de in Rotterdam werkzame psycholoog en filosoof Johan Lezy is in zeker opzicht beslist een juweeltje. Lezy beschrijft in beeldende bewoordingen de ervaringswereld van mensen met een psychose. Hij ontsnapt als het ware aan de gewone, alledaagse werkelijkheid doordat hij woorden en beelden kiest die de radicaal andere en onalledaagse werkelijkheid van de psychose treffen. Hij weet de wereld van de psychose - als was het een andere dimensie - tastbaar neer te zetten. Zijn we in eerste instantie niet goed in staat de vreemdheid en betovering (dit is ook zo'n woord waarmee Lezy de intensiteit van de psychotische ervaringen treffend raakt) die een psychose begeleiden te doorgronden en te plaatsen (Verstehen, zou een fenomenoloog zeggen), de tekst neemt je mee in deze wereld alsof je die zelf ervaart, maar legt bovendien de onderliggende structuur ervan bloot. Lezy gebruikt daartoe voorbeelden van alledaagse ervaringen die in bepaalde opzichten op psychotische ervaringen lijken. Hij legt sterk de nadruk op de onbedachte, perceptuele ervaringen die de psychose inluiden, met vervreemding, een ervaring van ongewoonheid van alledaagse dingen, voordat er überhaupt nog over nagedacht, gereflecteerd is. Deze toestand gaat over in ervaringen van openbaring, waarin alles glashelder is en waarin aan niets meer getwijfeld kan worden. Deze ervaren werkelijkheid heeft niet een extra dimensie, maar is eerder ééndimensioneel. Er kan geen ander standpunt meer worden gekozen, er is geen andere kijk op de feiten meer mogelijk, en men kan niet meer met zichzelf overleggen alsof men met een ander spreekt. Ten slotte bespreekt Lezy de eindtoestand, waarbij de psychotische ervaringen door het verstand worden bewerkt, leidend tot waanconstructies die schijnbaar de structuur in de wereld lijken te herstellen en die vaak verbonden zijn met biografische details. Lezy beroept zich voor zijn beschouwing op het werk van kopstukken van de 19de- en 20steeeuwse Franse en Duitse fenomenologie en psychopathologie, zoals Jaspers, Minkovski, Conrad, Merleau Ponty en Ey. De filosofie, zegt Lezy, probeert als het ware te ontkomen aan de vanzelfsprekendheid van het alledaagse en doet er haar best voor dit in onderdelen uit elkaar te halen, terwijl de psychoticus 'vanzelf' in een dergelijke gedestructureerde wereld terechtkomt. Vooral het structurele gezichtspunt, het 'hoe zit die wereld in elkaar', is treffend neergezet. Iets zwakker van het boek is het wat te starre concept van een opeenvolging van de fasen in de tijd, die Lezy van Conrad overneemt (het Trema, de initiële vervreemdingsfase, en de Apophanie, de openbaringsfase). Die opeenvolging in de tijd is zeker minder absoluut, en in een psychose komen vaak meedere ervaringswerelden naast elkaar voor, of wisselen elkaar in korte tijd af. Een ander punt is dat ik het jammer vond dat Lezy niet de aansluiting gezocht heeft met de moderne neurobiologie, die treffende aanknopingspunten biedt om deze ervaringswerelden in biologische termen te vatten. Een goed voorbeeld is de extreme opmerkzaamheid (salience) als gevolg van het 'overkoken' van een kwetsbaar dopaminesysteem onder invloed van onder andere stress, die kan leiden tot hallucinaties en beïnvloedings- en controle-ervaringen. Schizofrenieonderzoekers zoals Danny Weinberger, Barbara Lipska en Tony Grace hebben laten zien dat deze dopaminerge overgevoeligheid mogelijk het gevolg is van overactiviteit van een beschadigde ventrale hippocampus, een onderdeel van het brein dat sterk betrokken is bij de oriëntatie in de omgeving (en tussen de mensen) en het geheugen (vergelijk de ervaringen van vreemdheid en het verdwijnen van het vanzelfsprekende alledaagse bij psychosen), een beschadiging die je vroeg in je leven wellicht al op kunt lopen. Samengevat: dit is een buitengewoon goed geschreven fenomenologische tekst over de psychotische ervaringswereld die de onderliggende samenhang daarvan goed typeert, en daarmee een eye-opener is voor elke hulpverlener die zich in de wereld van de psychose wil kunnen verplaatsen. Deze belangrijke pro's wegen ruimschoots op tegen de enigszins impressionistische indeling van het boek en het gemis van een brug naar de moderne neurobiologie.
L. Wunderink