Praktijkboek Crisisinterventie. De kunst van het interveniëren in moeilijke behandelsituaties in de spoedeisende psychiatrie en psychotherapie
Dit boek wil een praktijkgids zijn om hulpverleners in de ggz tot optimale behandelinterventies te begeleiden in crisissituaties die aanleiding zijn voor ggz-hulp of die ontstaan tijdens een ggz-behandeling. In 11 hoofdstukken worden achtergronden en principes, interventies, opbouwen van een samenwerkingsrelatie, gespreksvoering en haperende veranderingen uitgewerkt. Hierna volgen 2 hoofdstukken over crisisbehandeling bij suïcidaliteit en bij psychosen. Het boek besluit met een ruime literatuurlijst en een register. De auteurs beschrijven de behandelvisie van het Acuut Behandelteam van JellinekMentrum (Amsterdam) waarin psychiatrische diagnostiek en meerdere behandelvormen geïntegreerd worden aangeboden. Contactuele en systemische facetten van het hulpverlenen staan centraal in deze gids en dit geeft deze een geheel eigen plaats in de Nederlandstalige boeken over spoedeisende geestelijke gezondheidszorg. Om problemen niet te psychiatriseren komen psychiatrische diagnostiek en crisisdiagnostiek minder aan bod. De hoofdstukken volgen de procesgang van crises. Zorgvuldig worden context, attitude, het structureren van informatie, overleg met verwijzers, het organiseren van afspraken (waar, wanneer, met wie en hoe) en het waarborgen van veiligheid op een prettig leesbare manier besproken. De schrijfstijl weerspiegelt de aanbeveling om bij crises rustig te blijven en niet overhaast te werk te gaan. De schrijvers adstrueren hun beweringen en aanbevelingen met casusvignetten, schema's, tabellen en tips. De casusvignetten weerspiegelen goed de realiteit van een crisisdienst. Instructief worden verschillende varianten van interveniëren in een zelfde casusvignet uitgewerkt met oog voor details én aandacht voor nuances. Spil van het boek zijn de hoofdstukken over samenwerkingsrelaties. Valt er dan niets te verbeteren aan dit boek? Zeker wel. De uitwerking van alternatieve interventies bij dezelfde casus heeft een sterk imaginair gehalte. Realistischer zou zijn om in de volgende druk voorbeelden te geven van hoe die alternatieven (bij andere patiënten) hebben gewerkt. Ook mogen de gevolgen van de interventies uitvoeriger worden beschreven. De interventies zijn mooi en aantrekkelijk, maar hun effectiviteit (op de langere termijn) blijft ongewis. Didactische overwegingen liggen er waarschijnlijk aan ten grondslag dat de beschreven interventies zelden of nooit tot grote conflicten leiden, laat staan tot slaande ruzies met de behandelaar. Maar dat vergrootte mijn geloof in sommige interventies niet. Dat verwijzers die bot weigeren te overleggen en verdere informatie te geven na het aanbod van directe actie vragen: 'Tja, dus wat adviseert u mij?' (p. 60) is een wonder, tenzij Amsterdamse vrijgevestigden anders reageren dan hun collegae elders in den lande. De auteurs kiezen duidelijk positie. Vaak spreekt hun keuze voor zich, maar niet iedere therapeut zal de stelling beamen dat een hulpverlener altijd en bij iedereen eerst de psychiatrische diagnose en haar consequenties moet mededelen voordat tot behandeling mag worden overgegaan (p. 80). Het boek zou aan waarde winnen als de auteurs hun stellingen en opvattingen even zorgvuldig zouden nuanceren als hun beschrijvingen van communicatiepatronen. Dit geldt ook voor de hoofdstukken over alliëren: naast het genoemde voordeel van het inschakelen van een cotherapeut zou men ook de nadelen ervan moeten bespreken, zoals verdubbeling van blinde vlekken en het risico van strijd. Het boek wil ik van harte aanbevelen. De kritische noten moeten dan ook worden gelezen als aanbevelingen voor een volgende druk, die zeker gewenst is. Anders dan de titel suggereert, gaat dit boek vooral over de vraag: hoe organiseer en onderhoud je samenwerking met patiënten, hun sleutelfiguren en andere hulpverleners? De kracht van dit praktijkboek ligt vooral bij de kunst van een respectvolle bejegening in de hulpverlening. Dat geldt uiteraard ook voor crisissituaties, maar het crisisgehalte acht ik van ondergeschikt belang. Het boek verdient een breder lezerspubliek dan de psychiatrie en de psychotherapie. Ook voor medewerkers van eerstehulpdiensten en centrale doktersposten zou dit verplichte stof moeten zijn.
J.A. Jenner