Vroegsignalering van risico op antisociaal gedrag: naar morele mensverbetering?
Achtergrond Nieuwe technologische mogelijkheden voor vroegsignalering van (risico) op later antisociaal gedrag.
Doel De vraag opwerpen of, of onder welke voorwaarden, vroegsignalering in het belang van het (jonge) kind is.
Methode Ethische analyse waarbij foetale alcoholspectrumstoornis (FASD) als casus centraal staat.
Resultaten In het bio-ethische debat over ‘morele mensverbetering’ - moral bioenhancement - onderzoekt men de morele wenselijkheid van praktische toepassingen van neurobiologische en gedragsgenetische kennis van moreel en immoreel menselijk gedrag. Een van die toepassingen is de vroege detectie van (het risico op) gedragsstoornissen op basis van biomarkers. Dit doen wij aan de hand van een casus over het vroeg detecteren van FASD. Vroege detectie van FASD maakt het in principe mogelijk eerder passende hulp te organiseren. Als een effectieve interventie echter ontbreekt, dient men de nadelen van focus op toekomstig risico en eventuele stigmatiserende effecten mee te wegen.
Conclusie Wij concluderen dat bij gebrek aan effectieve interventies brede maatschappelijke preventie te verkiezen is boven preventie op basis van screening op individuele risicofactoren.