Help, de psychiater wordt gek. Als patiënten hamerstukken worden: zorgen om de zorg
Wat gebeurt er met psychiaters als zij iedere dag merken dat zij minder controle over hun eigen werk hebben? Deze vraag is helaas herkenbaar voor veel professionals in de geestelijke gezondheidszorg (ggz). De auteur, ouderenpsychiater Frits Oostervink, laat zien wat er gebeurt wanneer er geen overeenstemming is tussen degenen die verantwoordelijk zijn voor de inhoud van ons vak (de ggz-professionals) , en degenen die verantwoordelijk zijn voor de financiële kant van de bedrijfsvoering. De uitkomst is helaas voorspelbaar en laat zien dat er voor plezier in het werk overeenstemming moet zijn tussen ggz-professionals, bestuurders en managers werkzaam in de ggz.
Ondanks de voorspelbare uitkomst, weet Oostervink er een spannend en pakkend verhaal van te maken. Hij doet dat door gedetailleerd zijn werkweek te beschrijven. Daarin laat hij aan de ene kant zien dat het verlenen van goede zorg niet altijd declarabel is, maar toch nodig is om patiënten beter te maken. Hij laat tal van herkenbare situaties zien, zoals de moeite die het kost om behandelingen goed te kunnen declareren. Frustrerend voor hem is dat dit ten koste gaat van het hart van ons vak, het opbouwen van een vertrouwensrelatie met onze patiënten. Om toch zijn werk goed te kunnen blijven doen en om ‘zijn productie te halen’ is de auteur steeds vaker bezig om in zijn vrije tijd te administreren en te declareren.
Gelukkig is het niet alleen kommer en kwel: Oostervink laat aan de andere kant namelijk zien hoe mooi het vak van de ggz-professional kan zijn. Hij doet dit aan de hand van meerdere casussen waarin hij uitlegt waarom ouderen patiënten last krijgen van psychiatrische aandoeningen en wat er aan te doen is. Hij schrijft op een heldere en toegankelijke wijze, met de kennis en kunde van een zeer ervaren ouderenpsychiater. Tegelijkertijd deelt hij zijn zorgen over de mogelijke teloorgang van de (ouderen)psychiatrie.
E. van Exel, ouderenpsychiater, Amsterdam