Posttraumatische stress-stoornis: de relatie met alexithymie en coping
Het doel van deze studie was het onderzoeken van de relatie tussen posttraumatische stress-stoornis (ptss) enerzijds, en coping en alexithymie anderzijds. Verwacht werd dat getraumatiseerde patiënten meer alexithym zijn en een meer emotiegerichte copingstijl vertonen dan een niet-getraumatiseerde controlegroep. Voorts onderzochten we de mogelijk verschillende effecten van type 1- en type 2-trauma en of psychotherapie wellicht een gunstig effect heeft op coping en alexithymie. De gegevens werden verkregen van 30 getraumatiseerde vrouwen, die voldeden aan de dsm-iv-criteria voor ptss, alsmede van 31 niet-getraumatiseerde vrouwen. Alle deelneemsters vulden daartoe de Toronto Alexithymia Scale (tas) en de Utrechtse Coping Lijst (ucl) in. De tas bevat de volgende drie schalen: (1) het identificeren van emoties; (2) het beschrijven van emoties; en (3) externgericht denken. Binnen de ucl kunnen de volgende zeven subschalen onderscheiden worden: (1) actieve copingstrategieën toepassen; (2) palliatief reageren; (3) vermijding; (4) zoeken van sociale steun; (5) passieve copingstrategieën toepassen; (6) het uiten van emoties; en (7) geruststellende gedachten. De ptss-patiënten scoorden hoger op de tas dan de controles en blijken met name meer moeite te hebben met het beschrijven en herkennen van emoties. Ook vertoonden zij een meer passieve, palliatieve en vermijdende copingstijl dan de controlegroep. Er werden geen verschillen gevonden tussen type 1- en type 2-getraumatiseerden. Verder werden aanwijzingen verkregen dat therapie mogelijk een gunstig effect heeft voor coping en het kunnen ervaren van emoties. Deze resultaten suggereren dat alexithymie en de veranderde coping gezien moeten worden als mechanismen die dienen om pijnlijke gevoelens te vermijden. Verder onderzoek moet uitwijzen of de hier gemeten variabelen zinvol kunnen zijn als uitkomstmaat bij de evaluatie van interventies voor traumaslachtoffers.