De rol van neuro-imaging in de diagnostiek van het dementiesyndroom
In dit artikel wordt de literatuur aangaande de rol van neuro-imaging in de diagnostiek van het dementiesyndroom samengevat. Speciale aandacht geven wij daarbij aan de detectie van hippocampale atrofie op CT en MRI t.b.v. de diagnose Ziekte van Alzheimer (ZvA). Op basis van de huidige gegevens kan worden geconcludeerd dat de structurele afbeeldingstechnieken CT en MRI gelijkwaardig zijn wanneer (potentieel behandelbare) cerebrale aandoeningen bij patiënten met een dementiesyndroom uitgesloten moeten worden. De grootste opbrengst heeft dit wanneer patiënten met een ongeclassificeerd dementiesyndroom gescand worden.
Wanneer het gaat om het stellen van de diagnose ZvA, schijnt de detectie van hippocampus-atrofie op CT of MRI het meest te beloven. Het lijkt tevens aantrekkelijk om met één onderzoek zowel pathologie uit te sluiten als ondersteuning van de diagnose ZvA te verkrijgen indien er sprake is van hippocampale of parahippocampale atrofie. Het ontbreken van de specifieke atrofie sluit echter de diagnose niet uit.
SPECT zal de komende jaren zeker een rol spelen bij onderzoek waarbij relaties gelegd worden tussen hersendoorbloeding en klinische of neuropsychologische verschijnselen. Vooral bij jonge patiënten kan SPECT als steun voor de diagnose van de ZvA gebruikt worden, alsmede mogelijk bij de frontaalkwabdementie. Een routinematige toepassing bij de diagnostiek van dementie of een combinatie met CT/MRI lijkt niet gerechtvaardigd.