Oorspronkelijk artikel
Een zonderlinge zwemming...
H.N. Sno, D.H. Linszen, F. de Jonghe
Aan de hand van enkele literaire beschrijvingen wordt in dit artikel het vermogen van literaire auteurs om een subjectief verschijnsel als de déjà vu -ervaring te verwoorden geïllustreerd. Deze beschrijvingen blijken consistent met uit de vakliteratuur bekende fenomenologische, etiologische en psychopathogenetische gegevens. Door literaire auteurs wordt de déjà-ervaring en onder andere in verband gebracht met reïncarnatie en dromen. Op grond van psychoanalytische of klinisch-psychiatrische interpretatie is niet zelden een samenhang met afweer, depersonalisatie of organische factoren aantoonbaar. De schrijvers concluderen dat psychiaters reeds in hun opleiding aangemoedigd zouden moeten worden naast vakliteratuur ook belletrie te lezen.