Persoonlijkheid en unipolaire depressie: diagnostische en therapeutische aspecten
Bij een multiconditionele interpretatie van de ontstaanswijze van de unipolaire depressie kan door de aandacht voor de persoonlijkheidsaspecten eveneens de soms niet terechte overwaardering van de biologisch-psychiatrische interpretatie worden vermeden. Bepaalde persoonlijkheidskenmerken kunnen bij de patiënten dikwijls opvallen, zoals: een cognitief dwangmatig bepaalde werk- en prestatiedrang, een sterke gewetensfunctie maar ook een innerlijke onzekerheid over het blijvend kunnen realiseren van de prestatiedrang en het hoge streefniveau.
Die kenmerken kunnen ook als vulnerabiliteitsfactoren invloed uitoefenen op het ontstaan van de depressie, voorts kan die invloed het risico van de recidief-depressie vergroten. Aldus kan psychotherapie, gericht op de vulnerabiliteitsfactoren, ook deel uitmaken van de op de recidief-profylaxe gerichte nabehandeling. Het verdient voorkeur die therapie, maar ook die tijdens de depressie, te baseren op de principes van de cognitieve therapie volgens Beck. Effect van die therapie tijdens de depressie kan alleen worden verwacht bij de lichtere vormen van unipolaire depressie. Bij de ernstige, c.q. de psychotische vorm van deze depressie blijft biologisch-psychiatrische anti-depressieve therapie het eerst aangewezen.