Verslaving en ADHD: een overzicht van recent Nederlands onderzoek
achtergrond adhd is een belangrijke risicofactor voor het ontstaan van verslaving.
doel Overzicht bieden van recent Nederlands onderzoek, gericht op het vaststellen van de prevalentie van adhd bij verslaafde patiënten en de neurobiologische achtergrond van verminderde effectiviteit van farmacologische behandeling van deze doelgroep.
methode Wij beschrijven drie onderzoeken: een meta-analyse en metaregressieanalyse van de prevalentie van adhd bij 6689 patiënten met een verslaving; een cross-sectioneel onderzoek naar de prevalentie van adhd en enkele andere psychiatrische stoornissen bij 193 patiënten in methadononderhoudsbehandeling, en ten slotte een onderzoek waarin de beschikbaarheid en bezetting van de dopaminetransporter voor en na behandeling met methylfenidaat werd bepaald middels spect-scans bij 24 adhd-patiënten met en zonder cocaïneverslaving.
resultaten De geschatte prevalentie van adhd bij patiënten met een verslaving was 23,1% (95%-betrouwbaarheidsinterval 19,4-27,2). De gevonden prevalentie werd beïnvloed door het diagnostisch instrument voor adhd en door het gebruikte middel: cocaïnegebruik bleek geassocieerd met een lagere adhd-prevalentie dan gebruik van andere middelen. Een vergelijkbare adhd-prevalentie van 24,9% werd gevonden onder patiënten in methadononder-houdsbehandeling, waarbij overige comorbide psychiatrische stoornissen eveneens veelvuldig voorkwamen. Bij beeldvormend onderzoek werden een verminderde beschikbaarheid en lagere bezetting van dopaminetransporters door methylfenidaat aangetoond bij cocaïneafhankelijke patiënten met adhd dan bij patiënten met adhd zonder verslaving.
conclusie Deze onderzoeken bevestigen de hoge prevalentie van adhd bij verslaafde patiënten en geven een mogelijke verklaring voor de verminderde effectiviteit van methylfenidaat bij deze doelgroep.