Vosseveld. 90 jaar zorg voor kwetsbare kinderen
Het eerste hoofdstuk van Vosseveld; 90 jaar zorg voor kwetsbare kinderen start als volgt: ‘Ooit was het wel 50 hectare groot, nu amper vier. Ooit stond er een 17e-eeuws herenhuis, nu een voormalige villa. Ooit lag er een klassieke tuin, nu een speelweide. Ooit waren er boomgaarden, moestuinen, weilanden, akkergronden, nu nog een randje bos. Ooit liepen er koeien, varkens en schapen rond, nu paarden maar dan wel bij de buren, op grond die vroeger tot het landgoed behoorde.’
Vosseveld, de buitenkliniek te Soest van de afdeling Kinder- en Jeugdpsychiatrie van het azu/umc Utrecht, werd in oktober 2012 na 43 jaar opgeheven. Van Lieshout beschreef prachtig haar geschiedenis, die startte met een buitenplaats in het boerenland in 1636 en evolueerde via een herstellingsoord voor zieke en zwakke kinderen van de Vereniging Trein 8.28 (van 1922 tot 1969) naar een aanvankelijk sterk residentieel gerichte kinderpsychiatrische (buiten)kliniek (van 1969 tot 2012). Rademaker voorzag het boek van een groot aantal, vaak prachtige foto’s.
Vanuit de optiek van de (kinder- en jeugd)psychiatrie komt de geschiedenis van het vak in Nederland in vogelvlucht voorbij: de latere mevrouw Kamp en de eerste polikliniek in 1919 in Amsterdam, de latere hoogleraar Kamp die aangaf het vak in 1940 op het mob te hebben geleerd, Kamp die in Amerika residenties avant la lettre zag, die aldaar de voordelen van echt multidisciplinair werken ontdekte, zijn affiniteit met het gedachtegoed van Redl en Wineman en zijn meer dan vijftien jaar durend streven om een buitenkliniek te realiseren.
Evenzo bieden de hoofdstukken van het boek over Vosseveld een prachtig inzicht in hoe de psychiatrie veranderde tussen 1970 en 2012. De auteur beschrijft ‘de pioniersjaren’ (1969-1979), ‘de gemeenschapsjaren’ (1980-1994) en ‘de veranderingsjaren’ (1995-2012). In de pioniersjaren ging het om tolerantie, aanwezigheid, stimulering, ontbrak systematische ordening van gegevens en was er veel onrust tussen de disciplines. In de gemeenschapsjaren was er stabiliteit, een sterke leiding en functioneerde, in een sfeer van ‘splendid isolation’, ‘een grote familie’. Begin jaren negentig startten eigenlijk al de veranderingsjaren: er werd verbouwd, er kwam dagbehandeling, maar boven-al veranderde de visie: wetenschappelijk onderzoek kwam meer centraal, medisch denken overvleugelde het pedagogisch denken, opnameduur werd verkort, behandelingen meer en meer evidence-based.
Wie het boek leest, zal ook verrast zijn door enkele uitgebreide terugblikken van ex-patiëntjes op hun verblijf te Vosseveld: ‘Vosseveld was voor mij de hemel, het pleeggezin daarna de hel’. Ook de vroege herkenning door de Utrechtse kinder- en jeugdpsychiaters van het belang van onderwijs voor de patiëntjes, waardoor Vosseveld vanaf de start de Prof. Fritz Redl-school op het terrein huisvestte, komt uitgebreid aan de orde.
Leertip: voor wie van de geschiedenis van het vak houdt, een aanrader.
F. Verheij