Dit boek voorziet in het opvullen van een grote leemte; de diagnostiek van autismespectrumstoornissen bij volwassenen. Er is de laatste jaren een sterk toegenomen vraag naar diagnostiek van autismespectrumstoornis ( ass ) bij volwassenen terwijl er onvoldoende capaciteit voor diagnostiek en behandeling is. Daarmee is verbreding van deze kennis noodzakelijk. Het boek is heel goed toegankelijk, ook voor de lezers met onvoldoende kennis van ass . Het leest heel makkelijk en heeft een overzichtelijke opbouw.

Het boek begint met de ontwikkeling van de diagnostiek, waarbij beroemde namen als Kanner en Asperger natuurlijk niet achterwege kunnen blijven in hun beschrijving van het klassiek autisme. Omdat ass een stoornis is die in de vroege jeugd begint, kan een goede ontwikkelingsanamnese niet ontbreken. Het boek biedt een heel goede uitleg om die af te nemen. Waar deze anamnese voor collega’s werkzaam in de kinder- en jeugdpsychiatrie tot de basisuitrusting voor diagnostiek behoort, kan dat van de volwassen psychiatrie niet gezegd worden.

Er wordt uitgebreid ingegaan op de verschillende meetinstrumenten van belang bij de diagnostiek. Voor de screening is de ‘ Autism Spectrum Quotient-Nederlandse versie’ ( aq - nl ) een goed instrument. Bij de ontwikkelingsanamnese zijn het vooral de ‘ Autism Diagnostic Interview-Revised’ ( adi-r ) en de ‘ Diagnostic Interview for social and Communication Disorders’ ( disco ). Om deze goed toe te passen is een training nodig.

Een heel apart onderdeel en een zeer welkome aanvulling is het hoofdstuk over procesdiag­nostiek, ook wel populair ‘twijfeldiagnostiek’ genoemd. Daarin gaat men nogmaals op zoek naar voldoende evidentie voor ass -kenmerken en daaropvolgende diagnose ass .

In het gedeelte over de differentiaaldiagnostiek mis ik vooral de afgrenzing naar bijvoorbeeld ‘ Multiple complex developmental disorder’ ( mcdd ) en de non-verbale leerstoornis . Daar wordt slechts heel summier op ingegaan. Het gedeelte over de genetische syndromen is helder en begrijpelijk geschreven en gaat ook in op het wonderlijke gegeven dat het syndroom van Rett als enige in de dsm-iv terecht is gekomen. Het boek verschijnt in de aanloop naar de dsm -5 waarin de diagnostiek vooral teruggebracht wordt naar ass .

In aansluiting op het herstelgerichte denken in de psychiatrie wordt in het boek ook ingegaan op handelingsgericht en competentiegericht onderzoek dat een veel bredere insteek heeft dan alleen diagnostisch onderzoek voor diagnose en classificatie.

Hoewel het boek geen register heeft (wat het zoeken zou hebben vergemakkelijkt), beveel ik het boek van harte aan aan alle professionals geïnteresseerd in of werkzaam met volwassen patiënten met autisme.

M. Monden