Hypochondrie. In de reeks: Diagnostiek en behandeling voor de professional
Thuis op de bank op een middag of avond een inhoudelijk prima en compact boekje lezen over de diagnostiek en behandeling van hypochondrie, een onlinetoets doen en daar vervolgens accreditatiepunten voor krijgen, wie kan een makkelijker manier van nascholen bedenken? Dit is wat uitgeverij Hogrefe biedt met deze serie voor psychiaters en psychologen over de diagnostiek en behandeling van verschillende psychiatrische aandoeningen, zoals bipolaire stoornis, dwangstoornissen, gedragsstoonissen bij kinderen, angststoornissen bij kinderen, en gehechtheid en trauma.
Dit deeltje gaat over hypochondrie, de angst om een ernstige ziekte onder de leden te hebben terwijl dat niet het geval is en waarbij geruststelling niet helpt. Bij ongeveer 5% van de algemene bevolking zou dit voorkomen. Een deel van deze mensen komt uiteindelijk voor behandeling bij de ggz. Ze staan niet bekend als de gemakkelijkst behandelbare patiënten en dan zijn praktische handreikingen zoals dit boekje biedt extra welkom.
Na algemene informatie over de symptomen, differentiaaldiagnose, comorbiditeit, epidemiologie, beloop en prognose, gaat de auteur uitgebreid in op neurocognitieve modellen. Enkele vragenlijsten zijn toegevoegd die nuttig kunnen zijn bij de diagnostiek. Er wordt ruim aandacht geschonken aan hoe een goede probleemanalyse te maken, en hoe te judoën om een behandelcontract, een zogenaamde ‘deal’, met de patiënt op te maken. Juist bij deze groep vraagt dit motivatietechnieken om de fixatie van de patiënt op de somatiek om te buigen naar de psychologische factoren, cognitieve aspecten en gedrag.
Voor verschillende behandelingsmogelijkheden (zoals cognitieve gedragstherapie, exposure en behavioural stress management ) krijgt de lezer vervolgens stapsgewijs uitleg hoe deze uit te voeren. Niet onbelangrijk ook zijn de suggesties hoe om te gaan met valkuilen en problemen, bijvoorbeeld wanneer de patiënt het huiswerk niet doet of irrationele verwachtingen blijft koesteren. Een en ander wordt uitgewerkt in casuïstiek en bruikbare schema’s. Tot slot bespreekt de auteur kort nieuwe ontwikkelingen zoals internettherapie, op mindfulness gebaseerde cognitieve therapie, acceptance and commitment therapie, en eye movement desensitization and reprocessing ( emdr ). Het boekje sluit af met een literatuurlijst en twee vragenlijsten.
Hypochondrie is een praktisch boekje met veel voorbeelden, waar de beginnende opleideling direct mee aan de slag kan. Meer ervaren behandelaren zullen het kunnen gebruiken voor verdieping van hun kennis en vaardigheden, volgens de state of the art en de nieuwe ontwikkelingen. Het is helder geschreven en heeft een fraaie opmaak. Dat je met het bestuderen ervan ook accreditatiepunten kunt verdienen, is mooi meegenomen, zeker in deze tijden waarin alles efficiënter moet. Kortom: van harte aanbevolen.
I. van Vliet