Het zit toch niet tussen mijn oren? Over medisch onbegrepen lichamelijke klachten. In de reeks: Zorgen voor jezelf
Patiënten met klachten of syndromen waarvoor bij medisch-somatisch onderzoek geen of onvoldoende lichamelijke verklaring wordt gevonden, plaatsen de gezondheidszorg voor een belangrijk probleem. Een aanzienlijk deel van hen consulteert de huisarts, maar velen worden ook gezien door medisch specialisten (met inbegrip van psychiaters). De getroffenen worden vaak slecht geïnformeerd over wat er met hen aan de hand is, zij voelen zich onbegrepen en verliezen niet zelden hun weg in de ‘doolhof’ van de geneeskunde. Het voorliggende boekje, dat deel uitmaakt van de reeks ‘Zorgen voor jezelf’, komt ongetwijfeld tegemoet aan een grote behoefte.
De informatie die de auteurs over deze problematiek geven, is helder geformuleerd, up-to-date en accuraat. Als interessante opening krijgt de lezer een overzicht van de terminologische verwarring die rond deze klachten heerst. De auteurs zelf kiezen voor ‘medisch onbegrepen lichamelijke klachten’ – een keuze die gezien de opzet en doelpubliek verdedigbaar is.
Bij het bespreken van de processen die tot deze klachten leiden, maken de auteurs duidelijk dat het dualistisch opsplitsen van psychische en somatische oorzaken volkomen achterhaald is. Dit illustreren zij met het multidimensioneel etiologisch model van uitlokkende, instandhoudende en ‘voorbestemde’ factoren (deze laatste – wat calvinistisch klinkende – omschrijving zou men beter kunnen vervangen door ‘kwetsbaarheidsfactoren’).
Een pluspunt is verder dat er veel aandacht is voor de toenemende kennis over de neurobiologische basis van medisch onbegrepen lichamelijke klachten – hoewel de complexe mechanismen daarvan (zoals de invloed van stress op het immuunsysteem) uiteraard vrij eenvoudig worden voorgesteld.
De bespreking van de diverse behandelstrategieën ten slotte is goed gestructureerd, gaat terecht uit van een getrapt systeem en bevat heel wat praktische handvatten waar patiënten hun voordeel mee kunnen doen. Toch hebben een paar details mij gestoord. Acupunctuur wordt een ‘vaak helpende’ behandeling genoemd. Waar is de evidence? Erger nog is de bewering dat ook ‘Chinese kruiden’ verlichting kunnen geven. O ja? Zijn de auteurs dan niet op de hoogte van de gezondheidsschade die deze exotische middelen kunnen aanrichten, zoals begin jaren negentig in België aan het licht kwam?
Ondanks deze kritiek besluit ik: een boekje dat in ruime mate bekend moeten worden onder artsen en andere hulpverleners. En dit niet alleen om het aan hun patiënten te kunnen aanraden, maar ook om zelf beter op de hoogte te raken van deze belangrijke problematiek in het grensgebied tusen psyche en soma.
B. van Houdenhove