Ziek of zwak. Geschiedenis van de verslavingszorg in Nederland
Het tweede deel van de titel van dit boek, Geschiedenis van de verslavingszorg in Nederland , roept de vergelijking op met het eerste proefschrift van Jaap van der Stel, in 1995 in handelseditie verschenen met als ondertitel Vijf eeuwen drankbestrijding en alcoholhulpverlening in Nederland . Wat voegt Bloks boek toe aan de meer dan 500 bladzijden die Van der Stel eraan wijdde?
Het saillantste vond ik echter dat bij lezing de indruk ontstaat dat er de afgelopen honderd jaar niets is veranderd. Rond 1910 werd het Amsterdamse consultatiebureau voor alcoholisme opgericht. Men wilde zich inzetten voor ambulante behandeling omdat die blijvender succes zou bieden en goedkoper zou zijn. Honderd jaar later is er opnieuw een trend naar ambulantisering om dezelfde redenen. Enige jaren na de start constateerde het Amsterdamse consultatiebureau dat de gemiddelde drankverslaafde een man van 40 is. Tegenwoordig is het een man van 39,1 jaar, met andere woorden: in de afgelopen honderd jaar zijn we er niet in geslaagd mensen met een alcoholprobleem een jaar eerder in zorg te krijgen.
In 1933 werd betreurd dat de medische discipline in de praktijk van de verslavingshulpverlening op het tweede plan was geraakt. Heden levert een alcohol- dbc ten minste 10% minder op dan een willekeurige andere doordat de beperkte inzet van medici de kostprijs drukt. In 1910 ging de gemeente Amsterdam korten op de uitkeringen van onwillige verslaafden en in 2005 presenteerde hetzelfde Amsterdam dit als nieuw beleid. Ook in 1910 besloot men dat een strafrechtelijke sanctie afhankelijk gesteld kon worden van de behandelingsbereidheid van een verslaafde, nu nog staande praktijk. Zogenaamd nieuwe ontwikkelingen als ‘ housing first ’ stammen uit het begin van de 20ste eeuw.
Hein Sigling