Zoektocht naar de oorsprong van cognitieve beperkingen in niet-affectieve psychose
toelichting Patiënten met schizofrenie of andere niet-affectieve psychotische stoornissen, presteren vaak slechter op taken die sociale en neurocognitie meten dan hun gezonde leeftijdsgenoten. De beperkingen zijn aanwezig op vele cognitieve domeinen, maar zijn het duidelijkst op geheugen, aandacht en executieve functies. De cognitieve symptomen zijn vaak al aanwezig voordat de psychose ontstaat en persisteren na remissie van symptomen. Dezelfde cognitieve afwijkingen kunnen in lichtere mate ook bij eerstegraads familieleden worden teruggevonden. Cognitieve beperkingen worden dan ook wel beschouwd als een kernsymptoom van niet-affectieve psychose. De ernst en het patroon van afwijkingen varieert echter sterk tussen patiënten. Onduidelijk is welke factoren bijdragen aan de cognitieve beperkingen en waar verschillen tussen patiënten vandaan komen. De vier onderzoekers in dit symposium zullen ingaan op mogelijke biologische en omgevingsfactoren die ten grondslag zouden kunnen liggen aan de cognitieve beperkingen in patiënten met een niet-affectieve psychose.
leerdoel Aan het einde van dit symposium wordt de deelnemer geacht inzicht te hebben in hoe neurobiologische kwetsbaarheid, genetische factoren en cannabisgebruik kunnen bijdragen aan de ernst van de cognitieve beperkingen in patiënten met een niet-affectieve psychose.