Depotantipsychotica anno 2011
achtergrond Bij mensen die lijden aan een psychotische stoornis is een beperkte therapietrouw bij het gebruik van antipsychotica, in combinatie met vaak een gering ziektebesef, een belangrijke oorzaak van terugkeer van psychotische symptomen.
doel Inventariseren welke bijdrage de langwerkende, veelal intramusculaire (depot) antipsychotica leveren om de kans op een recidiefpsychose te verminderen en suggesties doen hoe over te stappen van orale antipsychotica naar depotantipsychotica.
methode Wij vergeleken de thans beschikbare depotantipsychotica, waarbij (on)gewenste farmacologische effecten van een oraal middel versus depotpreparaten aan de orde komen. Ook inventariseerden wij de mogelijke rol van depotantipsychotica bij problemen met therapietrouw binnen de behandelpraktijk. Tot slot keken wij naar te verwachten farmacologische ontwikkelingen in de nabije toekomst op het gebied van de depotantipsychotica.
resultaten Onze literatuurstudie liet zien dat er onvoldoende onderzoeken zijn die de keuze voor een oraal antipsychoticum versus een depotpreparaat in verschillende situaties goed kunnen onderbouwen. De keuze voor een depotantipsychoticum lost niet alle therapietrouwproblemen op, maar maakt deze wel zichtbaar.
conclusie De keuze voor een specifieke toedieningsvorm zal gebaseerd moeten zijn op individuele omstandigheden van de patiënt, rekening houdend met ziektegeschiedenis, ziekteinzicht, gevaarscriteria en voorkeuren van zowel hulpvrager als hulpverlener. De keuze om over te stappen op depotantipsychotica, ter preventie van problemen met therapietrouw, is vooral zinvol als deze binnen een breed psychosociaal behandelaanbod wordt geplaatst.