Bang voor bloemkool. Reportages uit de kinder- en jeugdpsychiatrie
De ondertitel van dit boek luidt: ‘reportages uit de kinder- en jeugdpsychiatrie’. Schrijver Maurice van Lieshout en fotograaf Erik Christenhusz geven in 7 hoofdstukken een indruk van de hulpverlening aan jonge patiënten met complexe psychiatrische problematiek en hun gezinnen. Beiden werken (deels) respectievelijk als projectleider en als hulpverlener in de zorg voor kinderen en jongeren, en dat is in hun betrokkenheid en kennis van zaken goed te merken. In het boek komen onderanderen kinderen en jongeren in ambulante gezinsbehandeling, een eetstoornissenkliniek, eenpsychotherapeutische en een forensische kliniek aan bod. De journalistieke verslagen worden voorafgegaan door foto’s waarvan de thematiek deels terugkomt in de tekst. Deze twee verhalende methoden versterken elkaar wonderwel. De gekozen beelden getuigen van een sterk, creatief, maar ook respectvol observatievermogen en zijn van een hoge artistieke kwaliteit. Voor degenen die de tentoonstelling in het Dolhuis hebben gezien, zal het geen verbazing wekken dat de serie over kinderen met autisme (‘Bang voor bloemkool’) bij de Zilveren Camera (2002) in de prijzen gevallen is.De teksten geven inzicht in de gebeurtenissen op de afdeling of in de gezinnen, maar ook in de principes achter de hulpverlening. Zowel patiënten en ouders als hulpverleners komen aan het woord. Er wordt een realistisch, en wellicht ook wat optimistisch beeld geschetst van de wijze waarop iedereen gezamenlijk werkt aan de problematiek van de kinderen en jongeren. Tegelijkertijd wordt goed duidelijk hoe de kinder- en jeugdpsychiatrie te werk gaat: vanuit een multidisciplinair team wordt gepoogd het functioneren van de patiënt en zijn gezin te begrijpen en te verbeteren. Diagnosticeren en classificeren zijn daarbij belangrijk, maar de unieke geschiedenis van de patiënt en zijn gezin vormt een even belangrijke sleutel voor een succesvolle behandeling. Bij het lezen en bekijken van dit boek had ik de indruk iets in handen te hebben waarmee ik aan iedereen duidelijk kan maken wat we in de kinder- en jeugdpsychiatrie doen en hoe complex de problematiek van deze kinderen en hun gezinnen is. Het boek leent zich voor het informeren van iedereen die vanuit interesse of noodzaak met de kinder- en jeugdpsychiatrie in aanraking komt. Het is goede lectuur voor degenen die voor het eerst in dit vakgebied gaan werken, maar het moet ook op de leestafel in de wachtkamer van instellingen voor kinder- en jeugdpsychiatrie liggen. Het komt niet vaak voor dat kunst en informatie zo goed samengaan als in dit prachtige en indringende boek.
M. Van der Reijden