Interactie tussen COMTVal158Met en stress op psychose in het dagelijks leven
achtergrond Verschillende studies tonen aan dat gen-omgevingsinteracties een belangrijke rol spelen bij het ontstaan van psychotische aandoeningen. Met name het Cathechol-O-Methyltransferase- Val158Met-polymorfisme (comt) wordt gezien als een veelbelovende kandidaat. De resultaten wat betreft het effect van het comt-Val158Met-polymorfisme op de associatie tussen stress en psychose zijn echter niet eenduidig.
doel Het bepalen van de interactie tussen comt-Val158Met en stress op psychose in de context van het dagelijks leven in zowel een controle- als een patiëntengroep.
methoden Bij 89 patiënten met een psychotische stoornis en 127 gezonde proefpersonen werden, met behulp van de experience sampling- methode (een gestructureerde dagboekmethode), dagelijkse stress en psychotische ervaringen gemeten. Door middel van multilevel lineaire regressieanalyse werd de invloed van het comt-Val158Met-genotype op stressgeïnduceerde psychotische fenomenen getoetst.
resultaten Er werd een significante driewegsinteractie tussen groep, stress en comtgenotype gevonden. De interactie tussen stress en comt was dus verschillend in de patiënten- en controlegroep (χ2 = 6,92; (df= 1) , p < 0,05). In de patiëntengroep was er sprake van een significante interactie tussen comt-Val158Met-genotype en stress (χ2 = 12,05 (df= 1); p < 0,001), maar dit was niet het geval in de controlegroep (χ2 = 0,08 (df=1); p = 0,77). Patiënten met het Met/Met-genotype lieten een sterkere psychotische reactie zien op een stressvolle gebeurtenis dan patiënten met het Val/ Met- of Val/Val-genotype (χ2 = 12,05; p < 0,001).
conclusie Het effect van dagelijkse stress op psychose is afhankelijk van comt-Val- 158Met-genotype en groep (patienten- of controlegroep). Met behulp van deze resultaten werden eerdere studies die een verhoogde stressgevoeligheid bij patiënten met een Met/Met-genotype aantoonden, gerepliceerd. Opvallend is de sterkere psychotische reactie op stress bij de patiënten met het Met/Met-genotype. Deze reactie zou verklaard kunnen worden door een epigenetisch mechanisme.