De samenhang tussen diagnostische, neuro- en sociaalcognitieve, en maatschappelijke variabelen bij psychotische patiënten
achtergrond Psychosepatiënten in
het algemeen en schizofreniepatiënten in het bijzonder
kampen met ernstige stoornissen in interpersoonlijk,
sociaal en maatschappelijk functioneren.
Cognitieve functiestoornissen zijn, meer dan
symptomatologie, gerelateerd aan voornoemd disfunctioneren.
Naast de 'klassieke' neurocognitieve
domeinen als aandacht en werkgeheugen nemen
tekorten in sociaal-cognitieve capaciteiten hierbij
een additieve dan wel mediërende plaats in.
doel Over de aard van de samenhang tussen
de genoemde functiedomeinen is evenwel nog
onvoldoende bekend. Dit onderzoek heeft tot doel
de overeenkomsten en verschillen tussen de
onderliggende domeinen te verhelderen.
methoden Honderd psychosepatiënten,
onder wie ruim vijftig schizofreniepatiënten,
werden onderworpen aan een uitgebreide testbatterij
waarmee naast diagnostiek en symptoommeting
(scan (Schedules for Clinical Assessment in Neuropsychiatry)
2.1 en Positive and Negative Syndrome
Scale (panss)) ook neurocognitie (nc) (Wisconsin
Card Sorting Test (wcst), Continuous Performance test
(cpt), wais-subtests (Wechsler Adult Intelligence
Score), Stroop), sociale cognitie (sc) (diverse emotieperceptietaken)
en sociaal functioneren (sf)
(Groningse Vragenlijst over Sociaal Gedrag
(gvsg)) werden gemeten. De samenhang tussen
symptomen, nc, sc en sf werd geanalyseerd met
behulp van structural equation modelling.
resultaten Onze data geven nadere
bevestiging van de hypothese dat nc en sc verschillende
constructen vertegenwoordigen. De
(soms reciproke) relaties tussen symptomen, nc,
sc en sf zijn complex en worden nader toegelicht.
conclusie De waarde van de beschreven
aanpak voor een betere afbakening dan wel
validering van het schizofrenieconcept in contrast
met niet-schizofrene psychosen wordt bediscussieerd.