Over medicatie voor volwassenen met ADHD (+ dvd)
Dit boek, met bijhorende dvd, geeft een overzicht van de medicamenteuze behandelmogelijkheden voor volwassenen met aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (adhd) in Nederland anno 2008. Het is in de eerste plaats bedoeld voor patiënten, partners en familieleden, maar het is waarschijnlijk ook interessant voor behandelaars zoals psychologen en sociaal verpleegkundigen. Het boek is onderverdeeld in 16 hoofdstukken en begint met algemene achtergrondinformatie over de plaats van medicatie in de behandeling van volwassenen met adhd. Na een bondig overzicht van de belangrijkste medicamenteuze opties volgen verschillende hoofdstukken over de stimulantia, voornamelijk methylfenidaat en dextroamfetamine. Vervolgens licht de auteur om de beurt de werking en bijwerkingen van atomoxetine, bupropion en modafinil toe. In verschillende hoofdstukken is er terecht veel aandacht voor thema's zoals het potentiële misbruik van stimulantia en het gebruik van alcohol en drugs tijdens de behandeling. In aparte hoofdstukken bespreekt de auteur de vergoeding van medicatie, de wetgeving betreffende autorijden, en het gebruik van melatonine bij vermoeden van een verlate slaapfase. De kracht van het boek ligt in de eenvoud en de helderheid waarmee de werking en de bijwerkingen van de verschillende medicaties worden toegelicht. Het boekje oogt leuk met een modern design en veel kleuren. Elk hoofdstuk bevat één of meerdere overzichtelijke kaders met een samenvatting van de belangrijkste informatie. Ook de dvd is heel educatief opgebouwd en is een waardig alternatief voor mensen die niet zo graag een boek lezen. Kooij presenteert zelf de 8 verschillende filmpjes en spreekt de tekst in op een duidelijke en rustige wijze. Er verschijnen regelmatig opsommingtekens met de belangrijkste informatie. De filmpjes zijn daarbij niet te lang, wat uiteraard van belang is voor de doelgroep. Minder evident zijn misschien de vermelde doseerschema's van methylfenidaat. Ritalin zou men vaak '6 tot 8 maal per dag' moeten innemen en Concerta 72 mg 's ochtends plus Concerta 36 mg 's middags zou een 'veelvoorkomende' dosering zijn. Dit soort frequente innamen vinden we tot nog toe niet terug in internationale richtlijnen of in handboeken voor artsen en de vraag is dus of men dit gebruik wel als standaardpraktijk moet voorstellen aan patiënten. Los van deze bedenking is het een mooi en educatief boek waar patiënten en hun omgeving heel wat nuttige informatie in kunnen terugvinden. Het boek is gericht op Nederland, omdat er verschillen zijn met België wat betreft beschikbare formuleringen van methylfenidaat, wetgeving betreffende autorijden en terugbetaling van medicatie.
S. Stes