Een meta-analyse van cognitieve functiestoornissen bij de bipolaire stoornis
achtergrond Persisterende cognitieve functiestoornissen, zoals aangetoond bij euthyme bipolaire patiënten, kunnen beschouwd worden als indicator voor de genetische kwetsbaarheid voor deze aandoening (endofenotype).
doel Systematische review van de literatuur op dit gebied met speciale aandacht voor onderzoek bij euthyme bipolaire patiënten en eerstegraads familieleden en voor de heterogeniteit van de verschillende onderzoeksbevindingen en de mogelijke verklaringen hiervoor.
methoden Literatuuronderzoek van referenties in PubMed/Medline, psychinfo en embase in de periode januari 1985 tot september 2006. Meta-analyses met gebruikmaking van een random-effectsmodel (stata, versie 9,2), waarbij Cohen's d werd berekend als effect-sizemaat. Daarnaast werd gekeken naar heterogeniteit tussen de verschillende onderzoeken.
resultaten De grootste effect-sizes werden bij bipolaire patiënten gevonden voor werkgeheugen, verbaal geheugen en mentale snelheid (d > 0,8). Bij eerstegraads familieleden werden kleine effect-sizes gevonden (d < 0,5); deze verschilden alleen significant van gezonde controlepersonen voor executieve functies (Stroop; Trail B). Heterogeniteit bleek bij 5 van de 17 analyses bij bipolaire patiënten significant en grotendeels terug te voeren op 2 kleine onderzoeken met relatief laagopgeleide patiënten en waarbij specificaties met betrekking tot ernst en duur van de bipolaire stoornis ontbraken.
conclusie Executieve functiestoornissen zijn mogelijk een bipolair endofenotype. Heterogeniteit kan onder andere worden veroorzaakt door verschillen in biografische variabelen, ziektekenmerken, familiaire belasting, medicatie, subklinische symptomen en somatische en psychiatrische comorbiditeit.